Normal_school_groep_kinderen
Kinderen horen niet op te groeien met geldzorgen. Ze moeten zich in vrijheid kunnen ontwikkelen, los van de financiële draagkracht van hun ouders. Het kabinet heeft aandacht voor armoede onder kinderen en stelt sinds 2017 extra geld ter beschikking aan gemeenten en maatschappelijke organisaties voor de aanpak ervan. Uit een eerste evaluatie blijkt dat zij hier stappen in zetten. Dit meldt Rijksoverheid.
Een op de negen kinderen leeft in een gezin dat het niet breed heeft. Het kabinet trekt sinds 2017 jaarlijks 100 miljoen euro extra uit om de armoede onder kinderen aan te pakken. Ook als er thuis weinig geld is moeten kinderen namelijk kunnen meedoen, met sport, muziek of een schooluitje.
 
Gemeenten zijn lokaal verantwoordelijk voor het armoedebeleid en krijgen het grootste deel van het geld, 85 miljoen euro. Gemeenten besteden het merendeel van het geld direct aan beleid gericht op kinderen in armoede. Negen van de tien gemeenten bieden voorzieningen aan in natura, zoals een sportabonnement of deelname aan een schoolreisje. Ze weten daarbij meer kinderen in armoede te bereiken dan het jaar ervoor. Staatssecretaris Tamara van Ark van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de evaluatie vandaag naar de Tweede Kamer gestuurd.
 
10 miljoen euro gaat naar landelijke armoedeorganisaties. Vier samenwerkende armoedepartijen, Leergeld Nederland, Nationaal Fonds Kinderhulp, Stichting Jarige Job en Jeugdfonds Sport & Cultuur, krijgen samen jaarlijks 10 miljoen euro om kinderen in armoede te bereiken. Uit de evaluatie blijkt dat zij intensief samenwerken, zowel landelijk als op lokaal niveau, en het afgelopen jaar meer kinderen hebben bereikt. Een voorbeeld is het online platform Sam& waar ouders en professionals per gemeente kunnen zien welke voorzieningen beschikbaar zijn voor kinderen die opgroeien in armoede. Dankzij de motie Segers krijgen de vier armoedeorganisaties vanaf 2019 4 miljoen euro extra voor hun aanpak.
 
Nog eens 4 miljoen euro is als subsidie beschikbaar voor projecten gericht op kinderen in arme gezinnen. Deze hebben een beperkte meerwaarde ten opzichte van bestaand armoedebeleid. Bovendien hebben aanvragers niet het volledige bedrag aan subsidie gebruikt. Voor de staatssecretaris is dit reden om het geld per 2019 gerichter in te zetten. Ze gaat in gesprek met partijen over de concrete invulling.
 
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids