Normal_budget_geld_bezuinigingen35

De leraren werkzaam in het Nederlandse basis- en voortgezet onderwijs hebben tussen 2009 en 2014 acht procent koopkracht ingeleverd. De nullijn was in de crisisjaren van toepassing op de onderwijssalarissen. De Europese Commissie onderzocht de salarissen van leraren in Europa tijdens de crisisjaren (2009-2014). Dit meldt de Algemene Onderwijsbond. 

De Europese Commissie onderzocht hoe de salarissen van leraren in Europa beïnvloed werden door de crisis. Veel landen hebben tijdens de crisisjaren fors gesneden in overheidskosten. Dit vertaalde zich veelal in lagere salarissen in de publieke sector en in het onderwijs. De Nederlandse leraren hebben ook betaald voor de crisis, zo blijkt uit het rapport. Zij hebben sinds 2009 acht procent op hun koopkracht in moeten leveren. De Vlaamse leraren leverden één procent in. Daartegenover staat een koopkracht stijging voor leraren in Duitsland en Polen. De Europese Commissie concludeert dat de landen die relatief weinig last hadden van de crisis, zoals Duitsland, Zweden en Polen, goed voor hun leraren zorgden. Qua koopkracht gingen de leraren uit deze landen er namelijk vaak stevig op vooruit.
 
Dit kan niet gezegd worden over de onderwijssalarissen in Spanje en Griekenland. Hier vielen de hardste klappen. De Spaanse leraren moesten bijna 15 procent inleveren op hun koopkracht. Finland nam een tussenpositie in. De salarissen van de leraren in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs stegen ondanks de crisis. In de onderbouw van het voortgezet onderwijs en in het basisonderwijs leverden de Finse leraren echter ook wat koopkracht in. 
 
© Nationale Onderwijsgids