Normal_vo__klas__scholieren__leerlingen__toets__huiswerk

Op donderdag 12 oktober vond de slotconferentie over de DTT plaats, bedoeld als afsluiting van de driejarige pilot diagnostische tussentijdse toets (DTT) en bedoeld als vooruitblik op hoe de opbrengsten van de DTT worden voortgezet door marktpartijen. Dit meldt het College voor Toetsen en Examens.

Aan de driejarige pilot DTT hebben meer dan 230 scholen deelgenomen. Het eerste deel van de conferentie stond dan ook in het teken van de opbrengsten van de pilot: betrokkenen deelden hun ervaringen met de DTT en met het gebruiken van formatief evalueren in de klas. In het tweede deel van de conferentie werd gereflecteerd op formatief evalueren en de DTT. Daarbij stond ook de toekomst centraal: hoe wordt voortgebouwd op de ontwikkeling van de DTT en wat is de toekomst van formatief evalueren?
 
De DTT is gestart vanuit de wens om docenten/scholen aan het eind van de onderbouw van het voortgezet onderwijs te ondersteunen bij het op maat maken van hun onderwijs. In 2014 kondigde de Staatssecretaris in zijn brief ‘Nut en waarde van toetsing in het funderend onderwijs’  aan om de DTT samen met middelbare scholen in een pilot te laten ontwikkelen. In deze drie-jarige pilot konden leraren en scholen ervaring opdoen met het gebruik van de toets in hun eigen praktijk. De diagnostische tussentijdse toets is daarmee een methode-onafhankelijke toets die inzichtelijk maakt waar leerlingen staan op het gebied van Nederlands, Engels, en wiskunde en waar zij zich nog kunnen verbeteren.
 
In de loop van 2016 is definitief besloten dat de DTT niet verplicht wordt en derhalve geen taak meer is voor de overheid. Er is daarom bekeken hoe de DTT-kennis na afronding van de pilot beschikbaar kon worden gesteld voor (markt)partijen. Die overdracht is nu grotendeels afgerond. Dedact en A-Vision, in samenwerking met de Universiteit Maastricht, nemen de DDT over. Scholen kunnen er dan zelf voor kiezen de DTT in haar nieuwe vorm in te zetten in het kader van formatief evalueren op school.
 
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids