Normal_huiswerk__begeleiding__uitleg__studenten__vo__mbo__hbo__docent

Verkorte mbo-opleidingen kunnen een goede aanvulling op het onderwijsaanbod betekenen. Wel moet de onderwijsinstelling zo’n opleiding goed opzetten en niet alleen maar een bestaande opleiding inkorten. Ook is een verkorte opleiding niet voor iedere mbo-student geschikt. Dat blijkt uit onderzoek door de Inspectie van het Onderwijs, zo meldt de inspectie.

Over het algemeen goed opgezet

Verkorte mbo-opleidingen leiden in minder dan de wettelijk voorgeschreven studieduur op voor een erkend mbo-diploma. Denk aan een opleiding tot onderwijsassistent, verzorgende, scheepswerktuigkundige of bijvoorbeeld beveiliger.
 
Uit ons onderzoek blijkt dat de meeste onderzochte mbo-instellingen erin te slagen om het onderwijsproces van verkorte opleidingen kwalitatief goed in te richten. Die opleidingen delen ook een aantal kenmerken: een intensief programma met intensieve begeleiding door een kleine groep betrokken docenten, een strakke structuur en kleine studentengroepen.
 

Arbeidsmarktbehoefte

Afwijken van de studieduur mag als een instelling geen overheidsgeld voor de opleiding krijgt. Die verkorte, niet-bekostigde opleidingen zijn bijvoorbeeld interessant voor volwassenen die al werkervaring hebben, of juist voor jongeren die snel aan het werk willen. De arbeidsmarkt vraagt daarom: er is een toenemende behoefte aan gedegen opgeleide maar snel beschikbare beroepskrachten. 
 

Niet voor iedere student

Vooral het intensieve programma maakt dat verkorte opleidingen niet voor elke student geschikt zijn. Een verkorte studie vraagt een sterke motivatie, discipline en zelfwerkzaamheid. Instellingen moeten dus niet alleen nadenken over de opzet van de opleiding maar ook over de doelgroep.
 
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids