Normal_baby-2598005_960_720

Zet je verschillende stemmetjes op? Is het goed om van toonhoogte te veranderen? En moet je het verhaal onderbreken om de kleuters vragen te stellen? Bij voorlezen komt best wat kijken. Maar het resultaat is het waard: kinderen die aan je lippen hangen en grote stappen in hun ontwikkeling maken. Niet alle ouders zijn doordrongen van het belang van voorlezen. Daarom organiseert de Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek (CPNB) jaarlijks de Nationale Voorleesdagen, op initiatief van Stichting Lezen. De aftrap, het Voorleesontbijt, is vandaag (23 januari).  Tot 2 februari wordt er op basisscholen, kinderdagverblijven en in bibliotheken door het hele land voorgelezen aan kinderen die zelf nog niet kunnen lezen. Van bekende Nederlanders tot wijkagenten: iedereen doet enthousiast mee. Sommige BN'ers zijn zo'n fan van het initiatief dat ze zelf opbelden om te vragen of ze mee mochten doen.

Wetenschapsjournalist Diederik Jekel, bekend van bijvoorbeeld Willem Wever en Wie is de Mol?, is gek op voorlezen. Een aantal jaren geleden hoorde hij over de Nationale Voorleesdagen en meteen wist hij: hier moest hij ooit aan meedoen. Afgelopen jaar benaderde hij de CPNB en een afspraak was snel gemaakt: Jekel leest binnenkort voor op de Marioschool in Rotterdam. ''Toen ik een jaar of 18 was, las ik voor het eerst voor'', vertelt hij. ''Ik wist niet wat ik meemaakte. Met grote ogen en vol ongeloof keek het kind me aan. Ze dook helemaal mee de wereld van het boek in.'' 
 
Een familielid van Jekel moest vanwege ziekte een lange tijd op bed liggen. Toen heeft de natuurkundige alle delen van Harry Potter voorgelezen en opgenomen op cd's. In 2017 sprak Jekel de stem in van Brilsmurf in De Smurfen en het Verloren Dorp. Wat hij zo leuk vindt aan voorlezen? ''Behalve het feit dat je een fantasiewereld voor een kind creëert, haal ik gewoon plezier uit het spelen met stemmetjes en verschillende accentjes. Ik vertel graag verhalen.''
 

Een prinses aan het Voorleesontbijt

 
Op de Corantijnschool in Amsterdam wordt er ook al weken van tevoren uitgekeken naar de Nationale Voorleesdagen. Ieder jaar vinden de kinderen het weer spannend welke BN'ers hun opwachting maken. Directrice Arnie Schuil: ''We hebben twaalf groepen, en voor iedere klas nodigen we iemand van buiten uit. Het liefst iemand met wie de kinderen zich kunnen identificeren. Een week van tevoren hangen we folders op met de namen van de BN'ers. ''Wie komt er bij jullie voorlezen?'' vragen kinderen uit de verschillende klassen dan aan elkaar.'' Bekendheden die dit jaar langskomen: actrice Lieke van Lexmond, acteur Jim de Groot, presentatrice Marieke Elsinga en stand-up comedian Edson da Graça. En, niet te vergeten: prinses Laurentien. De prinses, die zelf kinderboeken schrijft, kiest elk jaar een andere school uit.
 
Behalve BN'ers komen ook de opa's en oma's van de kinderen voorlezen op de Corantijnschool. Daarnaast doen leerlingen uit groep 7 en 8 hun best de kleuters enthousiast te maken met verhalen. Dat vergt wat voorbereiding, volgens directrice Schuil. ''Er wordt altijd goed geoefend in de hogere klassen. Waar moeten de leerlingen op letten? Articuleren ze goed? Is de intonatie juist? Ze moeten het verhaal van tevoren al kennen, zodat het er vlot uitkomt. Maar ook de niet vlotte lezers mogen meedoen. Zij moeten alleen wat meer oefenen.'' 
 
De Corantijnschool doet al zo'n acht jaar mee aan de Nationale Voorleesdagen. Het leukste aan deze week vindt Schuil dat er zo'n positieve vibe binnen de school ontstaat. ''Ook de ouderraad heeft een belangrijke rol bij het ontbijt: de gasten ontvangen, rondleiden en van een kopje koffie voorzien. Het zorgt voor betrokkenheid van de ouders bij de leerlingen, maar ook voor goed contact tussen de oudere en jongere leerlingen onderling'', aldus het hoofd van de school. 
 

Een huis voor Harry van Leo Timmers, Prentenboek van het Jaar 2019

 
Een andere belangrijke gast tijdens het Voorleesontbijt op de Corantijnschool is de jeugdauteur en illustrator Leo Timmers. Hij schreef Een huis voor Harry (2017, Querido), verkozen tot Prentenboek van het Jaar 2019. Het boek, dat de hele week centraal staat, gaat over de kater Harry, die zijn dagen het liefst binnen doorbrengt. Als vlinder Vera hem vraagt tikkertje te spelen, waagt hij de stap en gaat hij mee. Dan raakt hij Vera kwijt. Nu moet hij in zijn eentje zijn huis terugvinden – of kan hij maar beter een nieuw huis zoeken?
 
''Als ik een boek maak, ben ik er niet meteen mee bezig hoe ik het later voor ga lezen'', stelt Timmers. ''Maar toen ik Een Huis voor Harry voorlas op Brussels Reads Aloud (de voorleesweek in Brussel, red.), merkte ik dat het een perfect voorleesboek is. De kinderen waren enorm stil. Ze leefden echt met Harry mee.'' Waar dat aan ligt? ''Ik werk vaak met verwachtingen'', legt Timmers uit. ''Wanneer ik een tekening toon waarop Harry in een boom klimt, vraag ik de kinderen of dit het nieuwe huis van Harry kan zijn. Daarna draai ik de bladzijde om en dan zien ze meteen of ze het goed hadden. Dat maakt de kinderen extra nieuwsgierig. Dit soort spanningstechnieken gebruik ik vaak.'' 
 
Waar let Timmers verder op tijdens het voorlezen? ''Ik stel veel vragen tussendoor'', zegt de Vlaming. ''Wat denken de kinderen dat er nu zou kunnen gebeuren? En wat zouden ze zelf doen in een dergelijke situatie? Hoe interactiever je voorleest, hoe boeiender de kleintjes het vinden. Op die manier blijft het verhaal ook beter hangen, denk ik.'' Timmers projecteert de bladzijden van het prentenboek meestal op een groter scherm, zodat iedereen het goed kan zien.
 
Benieuwd is de kinderboekenschrijver naar het verschil tussen het Vlaamse publiek en het Nederlandse publiek. ''Je hoort weleens dat ze in Vlaanderen stiller en bedeesder zijn, en in Nederland wat luidruchtiger. Maar we gaan het zien!'', lacht hij. 
 

Niet slapen zonder verhaaltje

 
Timmers zou graag zien dat er in België ook een Voorleesontbijt georganiseerd wordt. Hij vindt het geweldig dat zijn boek – én zijn vak – zo in de spotlights gezet wordt door de CPNB. ''De Nationale Voorleesdagen benadrukken het belang van voorlezen voor de ontwikkeling van de kinderen. En voor ouders. Ik mis het om mijn eigen kinderen voor te lezen. Het is zo goed om een uurtje voor ze vrij te maken en je aandacht puur en alleen op je kind te richten. Samen de verbeelding in te duiken. Gesprekken te voeren over het verhaal, die weer uitmonden in gesprekken over allerhande zaken.'' 
 
Eveline Aendekerk, directrice van de CPNB, kan zich hier goed in vinden. ''Voorlezen zet aan tot een positief contactmoment tussen ouders of begeleiders en kinderen. Mijn eigen kinderen gaan echt niet slapen zonder dat ik hen uit een boek heb voorgelezen.'' Daarnaast prikkelt voorlezen de fantasie, stimuleert het de woordenschat en zet het aan tot zelf lezen. Deze kennis ontbreekt nog bij veel ouders, volgens Aendekerk. Bovendien is er een gebrek aan tijd in het curriculum van veel scholen en kinderopvangen, en eisen de media veel aandacht op. Gelukkig zijn de Nationale Voorleesdagen al jaren een succes. Aendekerk: ''Dit is alweer de zestiende editie. Het is leuk te zien dat er zoveel instanties in Nederland onafhankelijk van ons aan de slag gaan met de Voorleesdagen. En dat steeds meer BN'ers en andere helden mee willen doen.''
 

Tips en tricks bij het voorlezen

 
Ben je overtuigd geraakt en sla je zelf zometeen ook een prentenboek open? Denk dan vooral aan de intonatie van je stem, tipt Arnie Schuil. Ook als je stem wat schorrer is geworden in de loop der jaren, zoals die van haar, lacht ze. ''Door harder en zachter te praten kun je de spanning erin  houden. Laat het niet monotoon zijn, dan vindt niemand het leuk naar een verhaal te luisteren.'' Diederik Jekel voegt toe: ''Doe wat goed voelt. Ik vind het leuk stemmetjes te gebruiken, maar dat hoeft natuurlijk niet. Waar het om gaat, is dat je het boek samen leest en vooral dat je samen plezier hebt.''
 

 

Welke voorleesboeken zijn echte aanraders?

 
Directrice Arnie Schuil van de Corantijnschool:
 
''Ik vond Wij gaan op Berenjacht van Helen Oxenbury altijd erg leuk. De versjes van Annie M.G. Schmidt zijn altijd een hit. En Pudding Tarzan van Ole Lund Kirkegaard ook.''
 
Schrijver en illustrator Leo Timmers:
 
''Kikker van Max Velthuijs, sowieso. Is er Leven op Mars van John Agee, Where the Wild Things are van Maurice Sendak, Vosje van Edward van de Vendel en Marije Tolman, Leonard van Wolf Erlbruch. Zo kan ik nog een uur doorgaan.''
 
Wetenschapsjournalist Diederik Jekel
 
''Als ik een Dinosaurus had vond ik altijd leuk, van Alex Barrow en Gabby Dawnay.''
 
 
© Nationale Onderwijsgids / Bente Schreurs