Minister Lodewijk Asscher

In de eerste aanvraagperiode worden 185 duizend mensen geholpen door de sectorplannen voor een bedrag van ruim 230 miljoen euro. De sectoren zelf leggen minimaal hetzelfde bedrag bij. Het meeste geld gaat naar begeleiding van ontslagen werknemers naar ander werk, extra leerwerkplekken voor jongeren of het in dienst nemen van mensen met weinig kansen op werk. Ook wordt veel geïnvesteerd in scholing.

Dit schrijft minister Asscher vandaag in een brief aan de Tweede Kamer. De eerste aanvraagperiode was van 1 oktober 2013 tot en met 31 december 2013. Van de 37 ingediende plannen zijn er 24 goedgekeurd. In de afgewezen plannen werd niet aangetoond dat  de maatregelen leiden tot extra werk. Een aantal plannen is ingetrokken, om vervolgens in de tweede aanvraagperiode alsnog in te dienen. De tweede aanvraagperiode  loopt vanaf 1 april  tot en met 31 mei 2014. De regeling wordt in 2016 geëvalueerd. 
 
De sectorplannen komen voort uit het sociaal akkoord dat het kabinet vorig voorjaar met werkgevers en vakbonden heeft afgesloten. Het kabinet heeft zeshonderd miljoen euro uitgetrokken om de plannen mede te financieren, hetzelfde bedrag komt uit de sectoren zelf. Het doel is om op korte termijn met ontslag bedreigde of ontslagen werknemers zo snel mogelijk aan werk te helpen, zodat werkloosheid wordt voorkomen. Op de lange termijn krijgen werkgevers en vakbonden een grotere rol,  door te zorgen voor gezonde en geschoolde medewerkers en bemiddeling van werk naar werk.