NOG-columnist Henk ter Haar

In mijn lokaal staan tien setjes van twee tafels tegenover elkaar in een zogenaamde speeddateopstelling. Ik loop tussen de rijen door en probeer iets op te vangen van de gesprekjes die worden gevoerd:
‘Hoe doe jij dat met het lijdend voorwerp?’
‘Dat is écht geen beeldspraak, dat is letterlijk!’
‘Hoe leer jij woordenschat?’

Door Henk ter Haar

Om de vijf minuten klinkt er een signaal, waarop de leerlingen hun boek oppakken en een tafel doorschuiven. Op naar een volgende klasgenoot om te spreken over een volgend deelonderwerp.

Puntjes op de i

De laatste les voor de toets. Wat doe je dan? De focus van de leerlingen ligt echt bij de toets en niet bij nieuwe onderwerpen. Ik wil ze ook graag de kans nog geven om op het laatste moment nog vragen te bespreken. Een aantal leerlingen heeft zich al aardig voorbereid. Anderen moeten nog beginnen. Graag wil ik de leerlingen nog de kans geven om puntjes op de i te zetten, om vragen te stellen, om te leren. Dan kun je natuurlijk de tafels uit elkaar zetten de klas tot stilte manen en de leerlingen in hun boeken laten duiken. Ooit deed ik dat ook zo.

Maar op die manier kan een leerling thuis ook leren. De meerwaarde moet hem zitten in het samen leren wat mij betreft. En in het praten OVER dat leren en in het op die manier meer bewust worden van onbewust processen. Aandacht voor metacognitie dus.

De speeddate 

Daarom besluit ik het deze keer anders te doen. De toets die ik af ga nemen bestaat uit vijf verschillende deelonderwerpen. De klas telt 20 leerlingen. Ik geef de leerlingen de opdracht hun tafels in tegenover elkaar te zetten en geef iedere set tafels een bespreekonderwerp: spelling, zinsontleding, grammatica, etc. Op het digibord stel ik de time timer in, die om de vijf minuten het signaal geeft dat er doorgeschoven mag worden.
Om de vijf minuten spreken leerlingen dus met een ANDERE  medeleerling over het leren van een ANDER onderwerp. Ik geef aan dat bepaalde vragen die blijven liggen in de bespreking in de tweetallen aan het eind van de les nog aan mij kunnen worden gesteld.

Verder geef ik de volgende opdracht mee: Praat met elkaar over HOE je hebt geleerd voor het onderwerp, over WAT je precies hebt geleerd en bespreek eventuele vragen/moeilijkheden betreffende het onderwerp met elkaar.

Dynamische les

Het gevolg was heel dynamische les, die voorbij vloog. De leerlingen die nog niet hadden geleerd, leerden van de uitleg van de ander. De leerlingen die al wel hadden geleerd, bekwaamden zich verder door het uitleggen aan de ander. Ik hoorde leerstrategieën voorbijkomen, ik hoorde praten over het uitzetten van de computer bij het leren, over hulp van ouders, over manieren om jezelf te overhoren, het was een geweldige les waarvan ik erg heb genoten en die volgens mij het volgende heeft opgeleverd:

  1.  Leerlingen werkten aan hun metacognitieve vaardigheden. Belangrijk voor het vergroten van de regie op het eigen leerproces;
  2.  Leerlingen werkten met veel verschillende leerlingen samen en maakten zo kennis met veel verschillende manieren om iets te leren, konden op verschillende manieren iets uit (laten) leggen;
  3. Leerlingen bereidden de toets inhoudelijk voor;
  4. Leerlingen leerden actief en betrokken.

Nog een experiment

Ik sloot de les af met het starten van een ander experiment. We hebben met de klas een toetsvoorbereidingswhatsappgroep gestart. Wie tijdens het voorbereiden van de toets thuis nog tegen vragen aanloopt, kan in deze groep, waar ik zelf als docent ook in zit, zijn vraag stellen. Een medeleerling of de leraar kan de leerling zo nog tijdens het leren thuis voorzien van uitleg, antwoorden op vragen. Ik ben benieuwd of hiervan gebruik gaat worden gemaakt. Het idee werd in ieder geval met enthousiasme onthaald. Wellicht later meer hierover.

Henk ter Haar is docent Nederlands en teamleider op GSG Guido in Arnhem. Op Ter Haar Onderwijst deelt hij lesideeën en zijn ervaringen als leraar.

© Nationale Onderwijsgids / Henk ter Haar