Normal_dekker

Op 16 maart is een doorbraak in het thuisonderwijsdebat mogelijk. De Tweede Kamer gaat op die dag tijdens een algemeen overleg in debat met staatssecretaris Dekker van Onderwijs. Dekker wil het thuisonderwijs als volwaardige onderwijsvorm in de wet opnemen en toezicht regelen, zoals de Onderwijsraad in 2012 al adviseerde. Dat meldt de Nederlandse Vereniging voor Thuisonderwijs (NvvTO).

De NVvTO vindt een wettelijke regeling voor thuisonderwijs een positieve ontwikkeling. Zij pleit hiervoor al vanaf 2011, onder andere met diverse petities. Maar de NVvTO vreest dat, door een opeenstapeling van strenge maatregelen, voor ouders en kinderen de toegang tot het thuisonderwijs praktisch onmogelijk zal worden. "Van geen enkele van deze maatregelen is aangetoond dat ze bijdragen tot beter onderwijs", merkte dr. H. Blok op, die vanuit de Universiteit van Amsterdam veel wetenschappelijk onderzoek deed op het terrein van (thuis)onderwijs.

De voorwaarden die Dekker wil invoeren zijn gebaseerd op het klassikale schoolonderwijs, en als zodanig niet passend bij het veelzijdige karakter van thuisonderwijs. De NVvTO is er daarom nog niet van overtuigd dat de staatssecretaris het thuisonderwijs daadwerkelijk een warm hart toedraagt. 

De NVvTO heeft uitvoerig in de praktijk onderzocht welke instrumenten van kwaliteitsborging en toezicht werken en draagvlak hebben. Hierover heeft zij het ministerie grondig geïnformeerd. “Met deze uitkomsten heeft staatssecretaris Dekker echter niets gedaan. In plaats daarvan gaat hij met een eigen waslijst aan maatregelen naar de Tweede Kamer en laat hij de adviezen uit het veld links liggen”, aldus de NVvTO.

De NVvTO vraagt de Tweede Kamer om de inzichten die bij dit praktijkonderzoek zijn opgedaan als leidend te nemen. De NVvTO ziet een model voor zich waarbij de vereniging voor kwaliteitsborging van het onderwijs zorgt door o.a. deelname van ouders aan workshops en intervisie. Daarnaast kan de onafhankelijke Stichting Keurmerk Thuisonderwijs, die daartoe opgericht is door enkele wetenschappers, de onderwijsplannen van de ouders beoordelen en voorzien van een keurmerk. De rol van de Onderwijsinspectie bestaat in dit model uit het toezien op de uitvoering van deze regeling. 

Wanneer de Tweede Kamer op 16 maart besluit tot een wettelijke regeling, zal het nog twee jaar duren voordat de nieuwe wet klaar is. Tot die tijd zal de huidige vrijstellingsregeling van kracht blijven. 

© Nationale Onderwijsgids