Normal_kinderen_taal_peuters

De PO Raad maakt zich zorgen over de bekostiging vanuit de overheid van het achterstandenbeleid in het onderwijs in de grote steden. De Tweede Kamer wil niet dat het kabinet hierop bezuinigt, zo blijkt uit het debat over de Wet ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie (Wet OKE). Het kabinet stelt echter dat schoolbesturen en gemeenten tussen 2014 en 2020 samen 100 miljoen euro minder krijgen om onderwijsachterstand te bestrijden. Dit meldt de PO Raad.

De PO Raad vindt het belangrijk dat alle kinderen die het risico lopen op een taalachterstand toegang krijgen tot goede vroeg- en voorschoolse educatie (VVE). De Raad maakt zich daarom zorgen over de plannen van het kabinet. Niet alleen krijgen scholen en gemeenten minder geld te besteden, het budget zal ook anders worden verdeeld. In de nieuwe verdeling krijgen de grote steden minder geld en de kleinere gemeenten meer. Eerder waarschuwden tachtig schoolbesturen uit de vier grote steden al dat de nieuwe verdeling behaald succes in het achterstandenbeleid teniet zal doen.

De PO Raad vindt dat de overheid nieuwe objectieve criteria moet gaan hanteren voor de verdeling van het geld. Nu speelt het opleidingsniveau van de ouders nog een grote rol, in plaats van de feitelijke achterstanden van leerlingen. Een leerling van buitenlandse afkomst die geen Nederlands spreekt maar van wie de ouders hoogopgeleid zijn, wordt in dit systeem niet aangemerkt als potentiële achterstandsleerling. De PO Raad wil dat de overheid de bedragen voor het achterstandenbeleid bevriest tot er nieuwe criteria voor de vaststelling van achterstand zijn vastgelegd.

In het debat beloofde staatssecretaris Dekker uit te zoeken wat de financiële consequenties zouden zijn als de grote steden hun huidige budget behouden. De Tweede Kamer moet echt zelf op zoek naar dekking voor dit scenario.

© Nationale Onderwijsgids