Normal_studenten_mbo_verpleging_verpleegkunde_zorg

In 2017/2018 volgden bijna een half miljoen mensen een mbo-opleiding. Dat is meer dan bij het hbo of universiteit. Van de 127 duizend studenten die in 2016/2017 begonnen aan een mbo-opleiding kwamen 108 duizend van een vooropleiding (meest vmbo) en waren 12,5 duizend daarvoor werkende of uitkeringsontvanger. Deze laatste groep koos vooral voor zorgopleidingen. Dat meldt het CBS in het kader van de dag van het mbo.

Drie kwart van de werkenden en uitkeringsontvangers die in 2016/2017 aan een mbo-opleiding begonnen, waren 25 jaar of ouder. Van deze groep  kozen 9 op de 10 voor de beroepsbegeleidende leerweg van het mbo. Hierbij combineren ze werk met een of twee dagen per week school.
 
Van de instromende werkenden en uitkeringsontvangers koos 40 procent voor een opleiding in de sector zorg en welzijn. Daarna is techniek (22 procent) het populairst. Van de mbo’ers die instroomden vanuit een opleiding was economie (36 procent) de meest populaire sector.
 
Van de beroepsbevolking had 32 procent in 2017 mbo-2, -3 of -4 als hoogst behaalde onderwijsniveau. In 2003 was dit ongeveer net zo hoog. Deze diploma’s gelden als startkwalificatie voor de arbeidsmarkt. Dit is niet het geval voor vmbo en mbo-1. Het aandeel mensen zonder startkwalificatie is de afgelopen jaren steeds verder afgenomen. De groep mensen met een diploma op hbo-niveau of hoger is gegroeid.
 
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids