Logo_nvwa_logo

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft het interventiebeleid aangescherpt en een aantal verbeteracties uitgevoerd omtrent het toezicht op speeltoestellen. Dis is gebeurd naar aanleiding van de dood van een vierjarig jongetje door een ongeval met een springkussen. Hierbij waren zowel het toezicht van de buitenschoolse opvang als de veiligheid van het speeltoestel ondermaats. Ook was er onvoldoende toezicht vanuit de NVWA. Dit meldt Rijksoverheid.

De NVWA erkende in september 2018 aansprakelijkheid voor de gevolgen van het speeltoestelongeval.  Een volledig en onafhankelijk feitenonderzoek bevestigt de conclusie van de NVWA dat het toezicht door de NVWA onzorgvuldig is geweest. Inspecties werden in de onderzochte periode soms niet tijdig en volledig uitgevoerd, werkinstructies schoten tekort en werden niet tijdig opgevolgd, en het aansturen van de inspecteurs was onvoldoende adequaat.
 
De NVWA heeft na afronding van het onderzoek naar het ongeval een aantal verbeteringen doorgevoerd, zoals het sneller (direct) buiten gebruik stellen van speeltoestellen zonder geldig certificaat, het vergroten van de kennis van en afstemming tussen inspecteurs door maandelijks casuïstiek te delen, en de aanstelling van een coördinator die meldingen over (onveilige) speeltoestellen direct uitzet bij inspecteurs. Ook is er meer capaciteit vrijgemaakt voor het wegwerken van achterstanden bij de uitvoering en afhandeling van meldingen en herinspecties. De inspectiecapaciteit voor attracties en speeltoestellen wordt meer dan verdubbeld.
 
Binnen de NVWA is een tijdelijke projectorganisatie opgericht om de verdere verbeteringen in het toezicht op het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen zo snel mogelijk door te voeren. De NVWA voert daarnaast gesprekken met vertegenwoordigers uit de branche ‘opblaasbare speeltoestellen’ om exploitatie van niet-gekeurde speeltoestellen tegen te gaan en om exploitanten te wijzen op het belang van goed toezicht op het dagelijks gebruik van attracties en speeltoestellen.
 
In juni werd bekend dat het Openbaar Ministerie (OM) de buitenschoolse opvang (bso) en de speelhal in Grootebroek gaat vervolgen voor de dood van de 4-jarige Maurycy. Hij was daar met een groep van bso Small Steps. De speelhal bleek de veiligheid van het speeltoestel niet op orde te hebben: het had geen verplichte veiligheidskeuring ondergaan, stond verkeerd opgesteld en er was geen valdempende ondergrond. Daarnaast bleek later uit aanvullend onderzoek dat de kleuter te jong was om op het toestel te mogen spelen. Ook was er vanuit de buitenschoolse opvang onvoldoende toezicht.  
 
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids