De Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) bevriest per direct de samenwerkingen met drie universiteiten in Israël. Nieuwe samenwerkingen met die universiteiten komen er ook niet. Het bestuur van de EUR acht "het risico dat wij nu indirect betrokken worden bij mensenrechtenschendingen te hoog".
De Rotterdamse universiteit werkte samen met de Bar-Ilan University, de Hebrew University of Jerusalem en de University of Haifa. Die instellingen werken op hun beurt samen met het Israëlische leger. Zolang ze dat doen en bijvoorbeeld projecten in bezet Palestijns gebied hebben, is samenwerking geen optie meer voor het Erasmus-bestuur.
Banden met Israëlische instellingen
Met het besluit volgen de bestuurders een advies van een commissie die zich over "gevoelige samenwerkingsverbanden" heeft gebogen. Eerder besloten de Universiteit van Amsterdam (UvA), de Radboud Universiteit in Nijmegen en Tilburg University al hun banden met Israëlische instellingen te beperken. Ze staakten bijvoorbeeld uitwisselingsprojecten, of kondigden aan geen gezamenlijk onderzoek meer te doen. Pro-Palestijnse betogers die regelmatig demonstreren op universiteiten in het land, vinden die maatregelen niet ver genoeg gaan. Zij zien de acties van het Israëlische leger in Gaza als genocide en eisen een einde aan alle vormen van samenwerking met Israël.
Europese Horizon-programma's
Veel samenwerkingen tussen Europese en Israëlische wetenschappers vinden plaats binnen internationale consortia, zoals de Europese Horizon-programma's. Daar mogen EUR-onderzoekers alleen nog aan meedoen als er "geen directe samenwerking is" met de genoemde universiteiten. Banden van individuele wetenschappers vallen buiten het advies en het besluit. In een 'handelingskader' staat dat zij het advies kunnen gebruiken bij hun afwegingen.
Door: ANP