Normal_onderzoek_wetenschap_verbazing_bekijken254

Een groot en groeiend deel van het budget van de Nederlandse universiteiten bestaat uit competitieve projectfinanciering. Dat blijkt uit het rapport 'Chinese borden - Financiële stromen en prioriteringsbeleid in het Nederlandse universitaire onderzoek' van het Rathenau Instituut. De praktijk van het matchen van onderzoeksgeld doet groot beroep op het budget waarvan onderwijs, onderzoek en de verdere universitaire infrastructuur betaald worden. Dat meldt het Rathenau Instituut.

Het rapport 'Chinese borden - Financiële stromen en prioriteringsbeleid in het Nederlandse universitaire onderzoek' is een gedetailleerde en innovatieve analyse van hoe het universitair onderzoek in Nederland wordt gefinancierd. Het rapport baseert zich op de begrotingen en financiële jaarverslagen van de overheid en van onderzoeksorganisaties. Daarnaast werden enquêtes onder decanen van universiteiten en onder KNAW-leden en DJA-leden gebruikt.

Conclusies van het onderzoek zijn dat decanen de hoofdrol vervullen in het afstemmen van verschillende financieringsvormen en beleidsmaatregelen. De verschillen in beleidseffecten binnen vakgebieden zijn vrijwel even groot als tussen vakgebieden. En de competitieve druk in de financiering door onder andere de toename van Europese financiering en de daarmee toenemende matchingsdruk is veel groter dan die lijkt te zijn volgens de verhouding 1e - 2e geldstroom.

De faculteiten moeten de gevolgen van deze groeiende manier van financieren opvangen. Omdat de verschillen tussen de faculteiten groot zijn, heeft de variatie aan beleidsmaatregelen waar ze mee te maken hebben overal een ander effect. Die grote verschillen in uitwerking zorgen voor grote verschillen in perspectief tussen de onderzoeker en de beleidsmaker.

De titel van het rapport is het beeld dat zich opdrong naar aanleiding van een survey onder de decanen. Ze zijn de jongleurs die als in de circus-act proberen zoveel mogelijk bordjes op stokken te laten balanceren. Het Rathenau Instituut hoopt dat het rapport tot een nieuw en beter begrip leidt tussen onderzoekers en beleidsmakers waardoor de facultaire borden soepel blijven draaien.

© Nationale Onderwijsgids