Normal_14126001300028_1

(Novum/AP) - De Nobelprijs voor geneeskunde is toegekend aan de Amerikaan John O'Keefe en het Noorse echtpaar May-Britt en Edvard Moser, voor hun ontdekking van een 'GPS in het brein'. Dat heeft de voorzitter van het Nobelprijscomité, Göran Hansson, maandag bekendgemaakt.

Ze worden onderscheiden voor hun 'ontdekkingen van cellen die een positioneringssysteem vormen in het brein'. Hun ontdekkingen helpen verklaren hoe het brein 'een kaart van de ruimte om ons heen maakt en hoe wij door een complexe omgeving onze weg weten te vinden'.

De 75-jarige O'Keefe maakte al in 1971 naam met zijn ontdekking van de 'plaatscel' in de hippocampus, het geheugencentrum van de hersenen. Die zenuwcel lichtte op wanneer een rat een bepaald punt in de ruimte naderde, merkte hij op. Die functie, concludeerde O'Keefe, dient niet alleen voor het onthouden van een muur of een afgrond, maar ook als puzzelstukje voor een mentale kaart van de ruimte.

Het echtpaar Moser bouwde op het werk van O'Keefe voort. Zij onderzochten hoe het brein bepaalt waar het zich bevindt in een ruimte als het niet kan varen op visuele grenzen. De Mosers ontdekten het bestaan van 'rastercellen', die een raster over het vlak leggen waarin het brein beweegt. Wie op zoek is naar zijn auto op een parkeerplaats weet daardoor ongeveer waar hij die heeft achtergelaten - ook als hij van een heel andere plaats zijn speurtocht begint en niet een kleine uithoek, maar een veel groter deel van het parkeerterrein moet doorkruisen. De 'coördinaten' die de rastercellen doen oplichten, geven houvast waar visuele grenzen in de ruimte ontbreken.

O'Keefe, die aan University College Londen werkt, krijgt de ene helft van de prijs. De Mosers, in dienst van de Noorse Universiteit voor Wetenschap en Technologie in Trondheim, krijgen de andere. De prijs is achthonderdduizend euro groot en wordt 10 december in Stockholm uitgereikt.

May-Britt Moser (51), noemde het blijde nieuws maandagochtend 'waanzinnig'. Ze vertelde dat haar man, die een jaar ouder is, nog even in het ongewisse verkeerde, omdat hij juist onderweg was naar München om te vertellen over hun onderzoek. "Dit is zo'n grote eer voor ons allemaal en al de mensen die met ons hebben samengewerkt en ons hebben ondersteund", zei ze. "We gaan door en verrichten in de toekomst hopelijk nog grensverleggender onderzoek."

Van dat onderzoek kunnen wellicht ook alzheimerpatiënten profiteren, zei het Nobelprijscomité maandag. Zij worstelen vaak erg met de praktische problemen die het verlies van oriëntatiegevoel veroorzaken, verdwalen vaak en zijn bijvoorbeeld voortdurend allerhande belangrijke dingen kwijt. Bovendien duidt het onderzoek waarin O'Keefe en de Mosers het voortouw hebben genomen erop dat ruimtelijkheid überhaupt heel belangrijk is voor het bewaren van herinneringen.

"Dankzij onze raster- en plaatscellen hoeven we niet iedere keer dat we een stad bezoeken met een plattegrond rond te lopen om de weg te vinden, omdat we die plattegrond al in ons hoofd hebben", zei voorzitter Juleen Zierath van het comité voor de geneeskundeprijs. "Ik denk dat we zonder deze cellen maar moeilijk zouden overleven."