Gebarentaal

Passende begeleiding van dove kinderen, ook als zij een gehoorimplantaat hebben, blijft noodzakelijk. Hoewel een gehoorimplantaat zorgt voor een betere sociaal-emotionele ontwikkeling, blijven dove kinderen minder goed in staat om andermans gedrag te voorspellen. De kinderen kampen ook nog vaak met een taalachterstand. Dit meldt de Universiteit Leiden. 

Dat concludeert Lizet Ketelaar, die vandaag promoveert aan de Universiteit van Leiden.
 
In vergelijking met horende kinderen hebben dove kinderen zonder een cochleair implantaat (CI) vaker problemen op sociaal-emotioneel gebied; zij hebben bijvoorbeeld moeite om zich te verplaatsen in anderen en vertonen meer gedragsproblemen en psychische problemen. Ontwikkelingspsychologe Ketelaar wilde weten of dit ook geldt voor dove kinderen met een gehoorimplantaat.
 
Taal 
Met een CI kunnen dove kinderen (tot op zekere hoogte) geluid waarnemen, wat tot verbeteringen leidt in de ontwikkeling van spraak en taal. Ondanks hun implantaat hebben deze kinderen toch vaak een taalachterstand en zeker in rumoerige situaties kunnen ze lang niet alles verstaan. Ook de toon waarop iets gezegd wordt ontgaat deze kinderen vaak, terwijl dit wel de emotionele lading van een boodschap bepaalt.
 
Sociaal-emotionele ontwikkeling 
Ketelaar vergeleek kinderen met een CI (1 tot en met 5 jaar oud) met horende leeftijdsgenootjes. Hieruit blijkt dat  kinderen met een CI even empathisch zijn als horende kinderen en ook in de zelfde mate in staat zijn om andermans intenties te begrijpen. Wel blijken ze minder goed het gedrag van een ander te kunnen voorspellen. Dit maakt het voor hen moeilijker om gepast te reageren in sociale situaties.
 
Passende begeleiding noodzakelijk 
Een opvallende uitkomst was dat taal een minder belangrijke rol speelde in de sociaal-emotionele ontwikkeling dan aanvankelijk werd verwacht. 'Dit betekent in ieder geval dat we er niet klakkeloos van uit mogen gaan dat kinderen met een CI en een goede taalontwikkeling ook een goede sociaal-emotionele ontwikkeling hebben', aldus Ketelaar. ‘Dit is een belangrijke boodschap voor iedereen die betrokken is bij deze kinderen. Voor ouders, maar ook voor leerkrachten en behandelaars. Een passende begeleiding van kinderen met een CI blijft noodzakelijk.’
 
© Nationale Onderwijsgids