Eigen vermogen basisscholen tijdelijk erg hoog vanwege coronagelden

Het gezamenlijke eigen vermogen van schoolbesturen in het primair onderwijs is sinds 2019 gestegen van 3,0 miljard euro tot 3,5 miljard euro eind 2023. Dat lijkt door de coronagelden te komen. Dat meldt ESB.

Veel scholen hebben in 2021 en 2022 extra middelen ontvangen in het kader van het Nationaal Programma Onderwijs. Dit programma was in het leven geroepen om de leerachterstanden na de coronapandemie weg te werken. Scholen boekten in 2021 en 2022 grote overschotten. 0,5 miljard euro in 2021 en 0,3 miljard euro in 2022.

Vaste bekostigingsstructuur 

Het risico op grote tegenvallers in het primair is relatief klein vanwege de vaste bekostigingsstructuur. De Onderwijsinspectie hanteert een signaleringswaarde om een te hoog eigen vermogen te ontdekken.

Berekening risicobuffer 

De risicobuffer wordt berekend als percentage van de totale baten en varieert met de grootte van het schoolbestuur. 63 procent van de schoolbesturen had eind 2022 een eigen vermogen boven de signaleringswaarde.

Totale lasten primair onderwijs 

De totale lasten van het primair onderwijs stegen in 2019 van 10 miljard euro naar 13,5 miljard euro in 2023. Het onderwijspersoneel is het de grootste kostenpost. Deze kosten liepen verder op vanwege de inflatiecompensatie en het gelijktrekken van de salarisschalen met het voortgezet onderwijs.

Tijdelijke stijging 

Het eigen vermogen daalde in 2023 naar 26 procent. Het totale bedrag aan bovenmatig eigen vermogen was in 2023 740 miljoen euro, dat is 127 miljoen minder dan in 2022. Dit laat maar zien dat de stijging van het eigen vermogen als gevolg van de coronagelden tijdelijk was.

Door: Nationale Onderwijsgids / Femke van Arendonk