Normal_6749

Voor het derde jaar op rij hebben Leidse archeologiestudenten deze zomer in Oegstgeest opgravingswerk gedaan op de resten van een nederzetting uit de Merovingische periode (500-750 n.Chr.). Dat meldt de Universiteit Leiden.

Houten napje
Een bijzondere vondst deze zomer was een houten napje dat in een uitzonderlijk goed bewaarde waterput zat. Ook vonden de studenten handgevormd aardewerk uit de laat-merovingische tijd.

Daarnaast stuitten de archeologen-in-wording op resten van een vroeg-middeleeuws gebouw. De palen waarop het pand rustte zijn later uit de grond getrokken voor hergebruik, maar aan de verkleuring van de bodem is duidelijk te zien waar ze hebben gezeten. Het gebouw kan een pakhuis zijn geweest, want in de nederzetting in Oegstgeest werd druk handel gedreven.

Brugpijlers
Ook in voorgaande jaren werden belangrijke vondsten gedaan. In 2009 legden de studenten de restanten van een houten kade bloot. Dit leidde tot het vermoeden dat de nederzetting een havenplaats was en een belangrijke rol speelde in het handelsverkeer.

In 2010 ontdekten ze overblijfselen van wat ooit een brugconstructie moet zijn geweest.

Vaardigheden
De opgravingslocatie bij Oegstgeest is een leerplek voor eerstejaarsstudenten. Onder leiding van docenten maken ze zich verschillende archeologische vaardigheden eigen, waaronder schaven, couperen, waterpasgebruik en interpretatie van grondlagen.

Het liefst laten archeologen kwetsbare oude voorwerpen in de grond zitten, omdat ze daar zonder licht en lucht het best beschermd zijn, maar doordat het Bio Science Park op deze plek gaat uitbreiden is het noodzakelijk een deel van de nederzetting op te graven.

Scholieren
De opgravingslocatie biedt niet alleen educatieve meerwaarde voor studenten. Scholieren uit 4, 5, en 6 vwo met interesse in archeologie mogen elk jaar een dagje komen kijken en de aanwezige archeologen de hemd van het lijf vragen. Zo kunnen ze zich een beeld vormen van de studie en het werk dat ze wellicht ooit als afgestudeerd archeoloog zullen doen.