Zonder de inzet van de regering is het oplossen van de kamernood voor studenten niet mogelijk. Corporaties, universiteiten, gemeenten en studenten hebben hun handen ineen geslagen voor een Nationaal Akkoord Studentenhuisvesting om 15.000 studentenkamers te bouwen.

Minister Donner (Binnenlandse Zaken) is nu aan zet om een gevolg te geven aan hun oproep om de huurtoeslag voor onzelfstandige studentenkamers opnieuw in te voeren. Dat vindt de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb).

Na de afschaffing van de huurtoeslag voor gezamenlijke studentenwoningen in 1997 is de kamernood steeds grotere vormen gaan aannemen. Deze afschaffing heeft de overheid miljoenen meer aan toeslagen gekost doordat alle nieuwe studentenkamers nu zelfstandig zijn. Uit het onderzoek 'Besparing met huurtoeslag' (Rigo, 2009) blijkt dat de overheid bij herinvoering ervan weer miljoenen zal besparen.

Uit de kamernoodinventarisatie 2010 van de LSVb blijkt dat er nu 20 tot 30 duizend studentenkamers te weinig zijn. Kences en VSNU berekenden dat nog eens 60 duizend studenten een kamer nodig hebben in 2015. Sander Breur: "De nood is te groot maar de plannen zijn te klein. Als de overheid nu geen actie onderneemt is de kans groot dat in 2015 45 duizend studenten noodgedwongen zonder kamer zitten."