Normal_rolstoel__gehandicapt__verlamd

De huidige regelingen voor arbeidsongeschikte jongeren zijn ingewikkeld en niet voor iedereen gelijk. De Kamer bespreekt plannen van staatssecretaris Van Ark (Sociale Zaken) om de wetgeving te vereenvoudigen. Dit meldt de Tweede Kamer.

Iedereen zou voor harmonisatie van de drie huidige Wajong-regelingen moeten zijn, betoogt Peters (CDA), want het systeem zit vol perverse prikkels. Nu kan iemand die meer gaat werken, fors minder gaan verdienen. Het moet dus simpeler, eenduidiger en eerlijker, vindt de CDA-woordvoerder. Ook Nijkerken (VVD) is blij met de vereenvoudiging van "het woud aan Wajong-regelingen".
 
Volgens Raemakers (D66) heeft de wet mooie uitgangspunten: meer werken gaat meer lonen en Wajongeren kunnen ongestraft een opleiding volgen. Wel ziet hij een aantal mogelijkheden om de wet te verbeteren. We komen met dit voorstel dicht bij een overzichtelijke, eerlijke en stimulerende regeling, meent Stoffer (SGP).
 
Maar verschillende organisaties, zoals de vakbonden en de Landelijke Cliëntenraad, waarschuwen dat een deel van de Wajong-doelgroep er flink op achteruit kan gaan door het wetsvoorstel. Pas uw plannen aan of gooi ze weg, vraagt Gijs van Dijk (PvdA) daarom aan de staatssecretaris. Renkema (GroenLinks) wil dat Van Ark opnieuw in gesprek gaat met een aantal belangengroeperingen.
 
Ook andere oppositiepartijen zijn kritisch. De staatssecretaris garandeerde in juni nog dat geen enkele Wajongere erop achteruit zou gaan, betoogt De Jong (PVV). Hij stelt voor dat zij haar voorstel in de koelkast zet of intrekt. De regering deelt cadeautjes uit aan grote bedrijven, maar laat mensen met een arbeidsbeperking genadeloos stikken, vindt Jasper van Dijk (SP).
 
Er staan nog steeds 60.000 mensen aan de kant, zegt staatssecretaris Van Ark. Met een begrijpelijker regeling wil zij hen stimuleren om te gaan werken. Omdat de bestaande regelingen voor sommigen heel voordelig zijn en voor anderen heel onvoordelig, zal een wijziging altijd een balanceeract zijn, verwacht Van Ark. Voor haar staat bestaanszekerheid bieden daarbij voorop.
 
Er komt één systeem voor inkomensondersteuning voor verschillende groepen Wajongers. Sommigen zullen daardoor meer inkomen overhouden, anderen minder. Om te voorkomen dat jongeren opeens minder gaan verdienen als de wet ingaat, belooft Van Ark een garantiebedrag tijdens de dienstbetrekking. Maar dat bedrag vervalt als je werkloos wordt en niet binnen twee maanden een nieuwe baan hebt.
 
Bruins (ChristenUnie) vindt twee maanden "echt extreem kort", net als zijn coalitiegenoten van CDA en D66. Binnen twaalf maanden vindt ongeveer de helft van de Wajongers een nieuwe baan; is die termijn misschien ook haalbaar? Maar volgens Nijkerken van coalitiepartner VVD geldt de garantietermijn alleen voor mensen die van baan naar baan gaan, niet voor mensen die werkloos worden.
 
Renkema (GroenLinks) vindt de garantietermijn volstrekt niet realistisch: ook voor iemand zonder arbeidsbeperking is het moeilijk om binnen twee maanden nieuw werk te vinden. Slechts 20 procent van de Wajongers heeft binnen twee maanden weer een baan, stelt Stoffer (SGP), die daarom voorstelt om er twee jaar van te maken. Jasper van Dijk (SP) zet in op drie jaar.
 
Volgens Van Ark vergroot een langere garantietermijn de ongelijkheid tussen werkende en niet-werkende Wajongers. Dan heb je het niet meer over regulier overgangsrecht, betoogt zij. Mede vanwege de financiële consequenties ontraadt de staatssecretaris daarom een verlenging van de garantietermijn.
 
De Kamer stemt op 5 november over het wetsvoorstel en de tijdens het debat ingediende moties.