Uit onderzoek blijkt dat jongeren bijzonder gul zijn, ook bij onbekenden

Pubers worden vaak gezien als risicozoekers die vooral hun eigen behoeftes centraal stellen. Onderzoek van promovenda Suzanne van de Groep van Erasmus School of Social and Behavioural Sciences schetst een heel ander beeld. Jongeren delen makkelijk uit, blijkt uit haar proefschrift. Jongeren geven zelfs aan onbekenden, ook in situaties waarin dit de gever zelf niet iets oplevert. Het onderzoek biedt ook inzicht in de hersengebieden die zijn betrokken bij geefgedrag. Dit meldt de Erasmus Universiteit Rotterdam.

De puberteit gaat gepaard met grote veranderingen. Niet alleen zijn hersenen nog volop in ontwikkeling, hormonen zorgen voor ingrijpende veranderingen in het lichaam en het gedrag van jongeren. Ook zijn jongeren volop bezig met het zoeken naar hun eigen identiteit en dat kan met de nodige onzekerheid gepaard gaan. Dat leidt tot het stigma dat jongeren vooral met zichzelf bezig zijn. Van de Groep: “In onze maatschappij heerst vaak een negatief beeld over jongeren. Ze zouden egocentrische risicozoekers zijn. Mijn proefschrift laat zien dat dit beeld niet terecht is: jongeren zijn juist heel vrijgevig.”

Dictator game 

Een opvallende bevinding is dat adolescenten, naarmate ze ouder worden, hun geefgedrag meer laten afhangen van de context en externe factoren. Zo zijn oudere adolescenten sneller geneigd om aan vrienden te geven dan aan onbekenden. Daarbij bleek dat jongeren vrijgeviger zijn wanneer leeftijdsgenoten meekijken. Om dit geefgedrag in kaart te brengen liet de promovendus 520 jongeren de ‘dictator game’ spelen, een veel gebruikte onderzoeksmethode binnen de sociale psychologie en economie. De deelnemers moesten een tiental munten verdelen tussen zichzelf en anderen en kregen hierbij verschillende ontvangers toebedeeld.

Coronacrisis 

Uit het proefschrift blijkt dat jongeren tijdens de coronapandemie extra vrijgevig waren richting mensen die hard door de ziekte zijn getroffen, of die in de frontlinie van de zorg werken. Zo gaven jongeren gemiddeld meer dan de helft van hun munten weg aan artsen, coronapatiënten of mensen met een verzwakt immuunsysteem. “Tijdens de pandemie werd vaak gezegd dat jongeren zich niet voor de coronacrisis interesseerden, maar hun vrijgevigheid laat zien dat zij goed doorhadden wat speelde in de maatschappij en dat dit hen aan het hart ging. Jongeren gaven aan artsen en mensen die getroffen werden door corona zelfs nog meer weg dan aan hun vrienden, terwijl we weten dat vrienden ontzettend belangrijk zijn in de tienerjaren. Daar moet ik wel bij zeggen dat ik dit heb gemeten tijdens de eerste lockdown. Ik kan me voorstellen dat de uitkomsten na meerdere lockdowns en schoolsluitingen anders uitpakken.”

Controle-gebieden 

Tijdens het spelen van de dictator game met vrienden en onbekenden werd een MRI-scan van de deelnemers gemaakt om inzicht te krijgen in de hersengebieden die betrokken zijn betrokken bij geefgedrag. Gebieden die belangrijk zijn voor gedragscontrole, emotie-verwerking, en sociale informatieverwerking lieten een duidelijke activatie zien. Oudere adolescenten lieten meer activatie in de controle-gebieden van het brein zien bij niet-genereus gedrag dan jongere adolescenten. Een observatie die suggereert dat de controle-gebieden van het brein mogelijk een rol spelen bij het afstemmen van geefgedrag op de context.

Vrijgevigheid 

Een andere bevinding van het onderzoek is dat geefgedrag niet alleen afhangt van de ontvanger, maar ook van het inlevingsvermogen van de gever. “Jongeren die goed waren in het aannemen van het perspectief van anderen, bleken vrijgeviger naar onbekenden. Voor vrijgevigheid naar vrienden maakte de mate van perspectief nemen niet uit. Dit suggereert dat het trainen van perspectief nemen zou kunnen helpen bij het verminderen van in-group bias, oftewel: een voorkeur voor de eigen groep ten opzichte van buitenstaanders.”

Pro-sociaal gedrag 

Volgens de onderzoeker zijn de uitkomsten waardevol voor het ontwikkelen van succesvolle interventies om pro-sociaal gedrag te bevorderen: die kunnen zich waarschijnlijk beter richten op unieke vormen van pro-sociaal gedrag, zoals geven, samenwerken of helpen, dan op pro-sociaal gedrag in het algemeen, zoals nu gangbaar is. “Er zijn al lesmodules om pesten tegen te gaan. Je zou ook trainingen kunnen ontwikkelen die je leren om het perspectief van de ander aan te nemen. Het aannemen van het perspectief van de ander, bijvoorbeeld iemand met een migratieachtergrond, leidt tot meer begrip en ik denk dat we op die manier beter met elkaar kunnen samenleven.”

Door: Nationale Onderwijsgids