Vooral scholieren en studenten van 15 tot 25 jaar werken in de horeca, maar dat is vaak maar met een bijbaantje voor een beperkt aantal uren. Zodra ze hun school of studie hebben afgerond, laten ze de horeca achter zich. Ze werken ook vaak op oproepbasis en met een flexibel contract. Dat meldt de NOS.
Het aandeel mbo’ers en hbo’ers die kozen voor een studie en loopbaan in de horeca daalt. Dit is de groep van 25 tot 35 jaar. ABN AMRO noemt deze groep de opgeleide professionals. Zij moeten juist voor continuïteit en kwaliteit zorgen.
Minder mbo'ers, hbo'ers en universitair geschoolden
Het aantal mbo’ers, hbo’ers en universitair geschoolden in de horeca is lager dan het gemiddelde in andere sectoren. Het aantal studenten dat kiest voor een opleiding in de horeca en gastvrijheid is de laatste vijf jaar met 15 procent gedaald.
Horecasector draaiende houden
Mbo’ers zijn volgens ABN AMRO erg belangrijk om de horecasector draaiende te houden, maar deze groep is ook lastig vast te houden. Werkgevers moeten zich volgens de bank niet alleen inzetten op flexibiliteit, maar ook meer duidelijkheid en stabiliteit geven.
Door: Nationale Onderwijsgids / Femke van Arendonk
