Normal_5470

DEN HAAG (ANP) - De stageduur op het mbo mag niet worden ingekort en de doorstroommogelijkheden van het vmbo naar het middelbaar beroepsonderwijs en vervolgens van het mbo naar het hbo moeten onaangetast blijven.

Dat staat in het dinsdag gepubliceerde advies van de Onderwijsraad naar aanleiding van de plannen die minister Marja van Bijsterveldt (Onderwijs) in februari bekendmaakte. De plannen worden woensdag in de Tweede Kamer besproken.

Van Bijsterveldt heeft 150 miljoen euro uitgetrokken voor meer lesuren en een betere begeleiding in het eerste jaar van het mbo. De Onderwijsraad onderschrijft de inzet van de minister en haar actieplan dat zich richt op het verbeteren van de kwaliteit. „Het plan bevat echter ook maatregelen die de herkenbaarheid en aantrekkelijkheid van het beroepsonderwijs kunnen verminderen", waarschuwt de raad.

De invoering van referentieniveaus voor Nederlands en rekenen/wiskunde vinden bijval bij de raad. Ook een centraal mbo-examen Engels is een goede zaak. De raad stelt voor te onderzoeken of ook voor beroepsgerichte vakken centrale afspraken gemaakt kunnen worden, zodat mbo's onderling kunnen worden vergeleken.

De Algemene Onderwijsbond (AOb) is het eens met de aanbevelingen van de Onderwijsraad om meer te investeren in de professionaliteit van leraren in het beroepsonderwijs. De bond pleit er ook voor om in te grijpen in het grote aantal scholen dat dezelfde beroepsopleidingen biedt. De onderwijsbond noemt dat inefficiënt en niet goed voor de kwaliteit van het onderwijs.

Het geld dat met deze inperking wordt verdiend, zou moeten worden besteed aan het opleiden van goede docenten, vindt de AOb.