Normal_images__1_
Acht van de tien kinderopvangorganisaties werkt samen met scholen. Organisaties met meerdere vestiging werken vaker samen, terwijl éénpitters het juist lastiger vinden om een samenwerking aan te gaan. Bij de meeste samenwerkingsverbanden worden er geen gezamenlijke jaarplannen opgesteld. Dit meldt Kinderopvang Totaal.
 
Dit blijkt uit onderzoek van adviesbureau Linkin Business. Zij ondervroegen 146 organisaties voor hun onderzoek 'Samenwerken met onderwijs; kans of must?' 
 
Van alle managers die meewerkten aan de studie zei tachtig procent al samen te werken of hierover in gesprek te zijn. Dit komt, zo stelt Linkin Business, doordat de kinderopvangorganisaties beseffen dat het belangrijk is om ouders een doorlopende leer- en ontwikkellijn te bieden. Ook is de samenwerking belangrijk om een sluitend dagarrangement aan te kunnen bieden. 
 
De buitenschoolse opvang werkt het meeste samen; één op de vier organiseert zich samen met een andere instelling. Daarna volgt de voorschoolse opvang, met één op de vijf. 
 
Eénpitters
Samenwerking staat bij slechts één op de tien kinderdagverblijven niet op het to-do-lijstje. Veruit de meeste einselgangers zijn te vinden in de categorie éénpitters; organisaties met één vestiging.  Minder dan de helft van deze organisaties werkt momenteel samen met het onderwijs. Een respondent geeft als oorzaak aan:  'als éénpitter en nieuwe speler op de markt is het erg lastig om er tussen te komen'.
 
Jaarplannen
Op papier is nog weinig van de samenwerking met scholen terug te zien. Er zijn in bijna 80 procent van de samenwerkingen tussen kinderopvangorganisaties en het onderwijs geen gezamenlijk jaarplannen. De helft van de organisaties zegt hier ook geen plannen voor te hebben. Dit is een verbeterpunt, zo stelt Reinoud Bliek, oprichter van Linkin Business. 'Een gezamenlijk business- of jaarplan met een SWOT-analyse levert juist veel inzichten op, zodat je extern zichtbaar en op langere termijn succesvol kunt zijn.'
 
 © Nationale Onderwijsgids