Nederlandse scholieren zijn erg goed in wiskunde

Nederlandse vwo’ers zijn goed in wiskunde en natuurkunde. De basiskennis is wel heel smal. Dat blijkt uit een grootschalig internationaal onderzoek van International Mathematics and Science Study (TIMSS). Dat meldt het Technisch Weekblad.

In totaal veertigduizend leerlingen in tien landen kregen een gestandaardiseerde test voorgelegd. In Nederland deden 228 scholen mee. Nederland scoort dan wel heel hoog, maar daar staat tegenover dat scholieren een smalle basis hebben. In ons land volgt slechts 3,5 procent van de eindexamenleerlingen wiskunde en/of natuurkunde op het hoogste niveau van het voortgezet onderwijs. Het lijkt erop dat Nederland vooral goed scoort omdat de allerbeste leerlingen voor de bètavakken kiezen.

Vakkenpakket 

“Het Nederlandse onderwijssysteem werkt dit in de hand, omdat leerlingen zelf hun pakket mogen samenstellen. Wie beter is in een bepaald vak, zal dat vak zeker kiezen”, aldus onderzoekster drs. Marjolein Drenth van de UT.

Maar ook vóórdat leerlingen hun vakkenpakket mogen kiezen scoort Nederland al bovengemiddeld. Dat bleek uit een ander TIMSS-onderzoek dat iedere twee jaar onder basisschoolleerlingen wordt gehouden. 

Niet belangrijk 

Over het algemeen hechten Nederlandse leerlingen weinig belang aan bètavakken. Dat blijkt uit de beantwoording van een vragenlijst dat deel uitmaakt van het TIMSS-onderzoek.  Op de vraag ‘Is wiskunde belangrijk’ antwoordde een derde van de leerlingen ontkennend. 

Wiskunde-a

Als wiskunde-a werd meegenomen in het onderzoek dan is het niet duidelijk hoe Nederland het dan zou doen in de ranglijst. “In 1995 is voor het laatst een basistoets afgenomen bij alle leerlingen, dus van die cijfers kan je niet meer op aan”, aldus Drenth. Een nieuwe studie om het wiskundeniveau te onderzoeken zit vooralsnog niet in de planning. 

Door: Nationale Onderwijsgids / Femke van Arendonk