Normal_5341

Allochtone jongeren in Nederland verlaten het ouderlijk huis gemiddeld op jongere leeftijd dan Nederlandse jongeren. Dit concluderen NWO-onderzoekers Aslan Zorlu en Clara Mulder. De uitkomst van hun onderzoek is opmerkelijk. In de landen van herkomst gaan deze jongeren vaak op relatief late leeftijd het huis uit.

Zorlu en Mulder brachten in kaart op welke leeftijd jongeren in Nederland het ouderlijk huis verlaten. Dat jongeren van Turkse en Marokkaanse afkomst in Nederland op jonge leeftijd het huis uit gaan, is een indicatie van integratie. Jonge Turken en Marokkanen in Nederland blijven niet hangen in hun ouderlijk huis, zoals in Turkije of Marokko gebruikelijk is, maar voelen zich vrij om hun vleugels uit te slaan.

Dat jonge allochtonen eerder het nest verlaten dan autochtone jongeren, verbaast de onderzoekers. Mogelijk zijn de goede welvaartsvoorzieningen in Nederland een aanleiding om zelfstandig te gaan wonen. Spanningen tussen jonge allochtonen en hun ouders kunnen ook een belangrijke rol spelen.

De onderzoekers bekeken ook welk pad de jongere na het uit huis gaan bewandelde: of hij of zij ging trouwen, samenwonen, met huisgenoten kwam te wonen of juist volledig op zichzelf ging wonen. Tegen de verwachtingen in gingen veel allochtone jongeren het huis uit om op zichzelf te gaan wonen. Ze doen dit eerder dan de jongeren uit hun eigen land van herkomst, maar ook eerder dan Nederlandse jongeren.

Het onderzoek van Zorlu en Mulder werd gefinancierd door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en uitgevoerd aan de Universiteit van Amsterdam.