Normal_aapnootmies

We gebruiken ze iedere dag. Om iemand via Whatsapp succes te wensen, om sarcasme te duiden of om te laten weten dat je je schaamt. Emoji’s vormen de snelst groeiende universele taal. Het lijkt erop dat kinderen steeds meer moeite hebben de toon of emotie van een tekst in te schatten zonder emoji’s. Toch wordt de taal in het onderwijs nog amper gebruikt. Dat is zonde, vindt onderzoeker Maud Donga, en dus creëerde ze de Emoji-leesplank. Wat is dit precies? Op welke manier kan de Emoji-leesplank kinderen helpen? En wat zijn reacties uit het onderwijs en de wetenschap?

 

Donga is drukbezet. Ze geeft het vak Trendonderzoek aan de opleiding International Lifestyle Studies van hogeschool Fontys. Daarnaast volgt ze sinds september 2017 de master Crossover Creativity in Utrecht. Als onderdeel van deze studie onderzoekt ze emoji-taal. “Tijdens mijn studie heb ik veel ontwerpen gemaakt”, vertelt Donga. “Ik was al langer geïnteresseerd in de mogelijkheden van emoji’s in het onderwijs en ging daarmee experimenteren.”

Een moderne Maan Roos Vis

De serie Netiquette van de NPO (Nederlandse Publieke Omroep) wakkerde haar interesse voor de beeldtaal nog meer aan. Ongeschreven sociale regels van het net worden hierin uitgelegd door tieners. Na een bezoek aan het Onderwijsmuseum in Dordrecht vroeg Donga zich af: waarom bestaat er nog geen emoji-leesplank? In Dordrecht stuitte Donga namelijk op schoolplaten en leesplanken. “Zelf heb ik leren lezen door de leesplank van Hoogeveen. Aap Noot Mies, weet je nog? Of Maan Roos Vis.” Woorden die we niet vaak meer gebruiken, concludeerde Donga in eerste instantie. Of toch wel? “Die iconen staan ook gewoon in het emoji-toetsenbord. Toch raar dat het onderwijs de beeldtaal niet gebruikt.”

Het idee van de Emoji-leesplank was geboren. De doelgroep: de bovenbouw van het basisonderwijs en hoger, waar leerlingen al gebruikmaken van het emoji-toetsenbord en whatsappberichten versturen. Op de website van Future NL, een stichting die digitale lesmaterialen aanbiedt, vind je al een digitale versie van de Emoji-leesplank. Die is gericht op groep 6, 7 en 8, maar kan door iedereen gebruikt worden. Ook voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs is zo’n les relevant, denkt Donga, al zou ze de lesinhoud dan wel wat moeilijker maken.

Knippen en plakken met emoji’s

Momenteel bevindt de Emoji-leerplank zich nog in de experimenteerfase: een fysieke plank is er nog niet, wel is de docent Trendonderzoek een prototype aan het testen met verschillende doelgroepen. Ze verzamelt feedback van haar eigen studenten op het Fontys en deed een proef waarbij ouders en jonge kinderen samen aan de slag gaan met emoji’s.

Hoe de Emoji-leesplank er ongeveer uitziet? Donga: “Nu is het nog een vel op A4-formaat met 40 vakjes. Op 39 vakjes staan emotionele woorden opgeschreven, op het overige vakje staat een vraagteken.” Daarnaast heeft de creatieve onderzoeker twee A4-formaat vellen met 140 emoji’s erop gemaakt, die alle een emotionele uitdrukking hebben. Dat betekent: alle gele ronde gezichtjes - inclusief de aapjes en katjes -, alle handgebaren, plus wat symbolen zoals hartjes, medailles en het confettikanon. Kinderen kunnen de emoji’s uitknippen en op het woord plakken dat het best uitdrukt hoe ze zich voelen. Daaronder hebben ze de ruimte op te schrijven waarom ze bijvoorbeeld blijdschap of woede ervaren.

Reflecteren met emoji’s

De Emoji-leesplank komt vooral van pas op reflectiemomenten. Leerlingen gebruiken de emoji’s als antwoord op vragen als: hoe voel ik me vandaag? Hoe vind ik het dat ik straks naar de middelbare school ga? Of na ingrijpende, actuele kwesties: hoe voelde ik me na de aanslag in Utrecht? “In mijn eigen lessen merk ik dat studenten een hekel hebben aan reflecteren. En als ze dat doen, schrijven ze vaak naar mij toe. Ze zeggen wat ze denken dat ik wil horen. Terwijl het er mij juist omgaat: wat voelen ze zelf? Hoe hebben ze een bepaalde opdracht écht ervaren? Hoe kunnen ze het de volgende keer anders aanpakken?”

De emoji’s worden heel bewust gekozen, zag Donga, bewuster dan een woord. Ze zijn herkenbaar, concreet en worden dagelijks gebruikt door de jeugd. “Ook zien leerlingen zo dat er verschillende vormen van blijdschap bestaan. De tranen kunnen over je wangen lopen, of je kan gewoon tevreden zijn.” Door de bewuste emoji te koppelen aan een woord, en daarna in een stukje tekst uitleg te geven, lijken leerlingen hun gevoelens makkelijker uit te drukken.

Emotioneel onderwijs

Volgens Donga mag er meer aandacht besteed worden aan de persoonlijke, emotionele ontwikkeling in het onderwijs. Daar kan de Emoji-leesplank bij helpen. “Nu ligt de focus nog vooral op het halen van goede cijfers, op presteren”, vindt Donga. “Terwijl kinderen in hun eigen leven heel anders waarderen en evalueren. Op sociale media worden hartjes, duimpjes en sterren gebruikt. Docenten kunnen ook denken aan duimpjes, in plaats van een hard cijfer.”

Daarnaast is de onderzoeker van mening dat jezelf ontwikkelen niet alleen betekent: beter rekenen en schrijven. “Het is ook belangrijk te weten wie je bent en waar je voor staat. Daar kan de Emoji-leesplank bij helpen.” Met de plank hoopt Donga mensen digitaal, visueel en emotioneel geletterd te maken.

Generatiekloof verkleint

De docent weet niet alleen beter hoe leerlingen zich voelen, maar leert ook zelf op een andere manier naar emoji’s te kijken. Met andere woorden: de generatiekloof wordt kleiner. Dat ondervond Lieke Huijbregts, docent op het Vitalis College (ROC West-Brabant) in Breda. Zij testte de Emoji-leesplank in februari met eerstejaarsstudenten van de opleiding Verpleegkunde.

“Ik vroeg de studenten hun eerste stagedagen te omschrijven”, vertelt Huijbregts. “Een jongen gebruikte de emoji met de zonnebril. Ik zie dat als iemand die zich verstopt, zijn gevoelens verbergt.” De studenten moesten emoji’s bij de gekozen emotionele woorden plakken. In zijn geval was dat ‘ontspanning’. “Oftewel: hij had de stage aanvankelijk spannend gevonden, maar het bleek heel fijn en relaxed”, lacht de docent. “Doordat die verwarring er niet meer was, kon ik het gesprek makkelijk aangaan.” Een groot voordeel, vindt Huijbregts. “Met de emoji’s sluit ik aan bij de gevoelswereld van de leerlingen. Zij gebruiken deze taal veel; het is hun taal.”

Vervelende stagedag

Binnen de opleiding Verpleegkunde moeten studenten veel reflecteren. “Dat vinden ze moeilijk”, stelt Huijbregts. “Ze zien het vaak zwart of wit, terwijl wij docenten willen dat ze bepaalde woorden gebruiken, die veel te moeilijk zijn. Een woord als verontwaardiging bijvoorbeeld.”

Wat de docent merkte: zodra leerlingen over moeilijke woorden moeten nadenken, verwijderen ze zich van hun gevoel. Terwijl dát juist is wat uitgedrukt moet worden. Zo was er een meisje dat een vervelende stagedag had gehad. “Ze vond het lastig erover te praten. Pas na gebruik van de emoji’s kon ze woorden aan haar gevoel geven. En kon ik er met haar over praten.”

Spelend onderwijs

Ook professor Rob Martens, die Onderwijskunde geeft aan de Open Universiteit in Heerlen, is enthousiast over de Emoji-leesplank. Hij heeft er nog geen gebruik van gemaakt, maar het idee spreekt hem aan. “Het is echt nodig dat het onderwijs meer aansluit bij de belevingswereld van kinderen. Als die het gevoel hebben dat de leerstof niets te maken heeft met hun wereld, leren ze weinig. Het gebruik van emoji’s is een vorm van spelend leren. Uit onderzoek blijkt dat dit leerlingen juist motiveert.”

Volgens Martens geldt: als kinderen meer intrinsiek gemotiveerd zijn, en iets leuk, spannend of grappig vinden, leren ze diepgaander. Ze onthouden kennis beter en zien verbanden. “Ik denk dat zo’n Emoji-plank het onderwijs leuker maakt. En dat kinderen zoiets spannender en relevanter vinden dan lessen waarin ze alleen luisteren.”

De hoogleraar zag onlangs een reportage over de eindexamens, waarin studenten met woordenboeken de examenzaal inliepen. “We leven toch niet meer in 1950? Ik snap ook niet waarom leerlingen in sommige klassen hun mobiele telefoons moeten inleveren. We leven nu eenmaal in een wereld waarin we alles online kunnen opzoeken”, zegt Martens. De Emoji-leesplank vindt hij een goede manier om het onderwijs moderner te maken. “En dat is hard nodig. Het onderwijs moet geen museum worden.”

Magnetische emoji’s

Zijn er ook nog negatieve kanten aan een Emoji-leesplank? Rob Martens denkt van niet. Het leesvermogen hoeft niet per se achteruit te gaan. Zolang kinderen hun gevoelens in tekst moeten uitleggen, zal dat wel meevallen. Volgens Lieke Huijbregts kan de vormgeving nog wel verbeterd worden: “Het zou fijn zijn als leerlingen kunnen schuiven met de emoji’s. Nu moesten ze knippen en plakken. Dat is best een gedoe.”

Daar had Maud Donga al over nagedacht. Haar fysieke plank krijgt magnetische buttons die leerlingen heen en weer kunnen schuiven. Eind juni moet deze versie van de Emoji-leesplank klaar zijn. Uiteindelijk wil Donga meerdere versies maken. Een eenvoudige, met alleen de basisgevoelsuitdrukkingen, en een moeilijke, met emoji’s erop die bijvoorbeeld verontwaardiging of twijfel uitdrukken.

Uiteindelijk streeft de onderzoeker naar een plank die kinderen echt leert lezen. Nieuwe woorden worden verduidelijkt doordat er emoji’s bij staan, in plaats van tekeningen. Het is duidelijk dat Donga nog lang niet klaar is met haar project. “Emoji-taal zal niet zomaar verdwijnen”, verwacht ze. “Ze zijn niet meer weg te denken uit onze cultuur.”

Door: Nationale Onderwijsgids / Bente Schreurs