Logo_vereniging_hogescholen

Studenten die na 1 januari 2014 hun bachelordiploma krijgen, mogen de titel Bachelor van Arts (BA) of Bachelor of Science (BSc) gaan voeren, wanneer dat in internationaal perspectief de meest passende titel is.  Afgestudeerde masterstudenten mogen zich Master van Arts (MA) of Master of Science (MSc) gaan noemen. Voordat deze nieuwe titels ook daadwerkelijk gebruikt mogen worden, moet de betreffende hbo-opleiding wel eerst de instemming hebben van de NVAO, de Nederlands-Vlaamse accreditatieorganisatie. Als gevolg hiervan kunnen naar verwachting ongeveer de helft van alle hbo-opleidingen al per 1 januari 2014 deze nieuwe titels gaan toekennen. De overige opleidingen volgen in maximaal 4 jaar.

De titulatuur in het hbo is lang onderwerp van discussie geweest. Probleem was dat veel titels van afgestudeerden in het hbo onbekend waren in het buitenland. En daardoor voor onduidelijkheden zorgden als afgestudeerden in het buitenland wilden gaan werken. Dit probleem werd in de zomer van 2013 opgelost toen de Tweede Kamer instemde met een wetswijziging waardoor het hbo nu ook de internationaal erkende bachelortitels BA en BSc en de mastertitels MA en MSc mag toekennen. De Kamer volgde hiermee een advies van de Commissie Veerman uit 2010 op, die in haar rapport over een Toekomstbestendig Hoger Onderwijs Stelsel voorstelde om de titulatuur in het hbo gelijk te stellen aan die van de universiteiten.

Belangrijke voorwaarde voor het mogen voeren van de nieuwe titels is de instemming van de NVAO. De NVAO moet namelijk beoordelen of de titel die een opleiding wenst te gaan toekennen, in internationaal perspectief de meest ‘passende’ titel is. Bij ‘passend’ gaat het om de vraag of een beoogde titel (bijvoorbeeld BA of BSc) voor een afgestudeerde student in Nederland overeenkomt met de titel die afgestudeerden van vergelijkbare opleidingen in het buitenland ook voeren. De beoordeling doet de NVAO aan de hand van een ‘referentielijst’ die per 1 januari 2014 bij ministeriële regeling wordt vastgesteld.

Omdat de NVAO dat ‘bij de accreditatie’ zou moeten doen, doemde een probleem op. Immers, niet alle opleidingen zijn of worden tegelijk geaccrediteerd. Bijvoorbeeld dezelfde soort opleidingen die op verschillende hogescholen worden gegeven. In de toekomst wordt dat anders, maar zo lang dat nog niet zo is, zou de situatie zou kunnen ontstaan dat de ene opleiding op hogeschool A al wel een nieuwe titel zou mogen toekennen, maar de andere zelfde opleiding op hogeschool B (nog) niet.

In overleg met minister Bussemaker van Onderwijs is daarom voor de volgende oplossing gekozen.
- Opleidingen die in de toekomst tot een zelfde visitatiegroep gaan behoren (bv de opleidingen verpleegkunde of opleidingen commerciële economie) gaan op hetzelfde moment de nieuwe titels toekennen.
- Als in de afgelopen 2 jaar (periode 1 januari 2012-1 januari 2014) tenminste 70 % van de opleidingen in een bepaalde visitatiegroep door de NVAO is geaccrediteerd, mogen alle opleidingen in dat cluster per 1 januari 2014 de nieuwe titulatuur invoeren.
- Voor alle overige opleidingen geldt dat de titulatuur stapsgewijs wordt toegekend nadat de NVAO per visitatiegroep het groene licht heeft gegeven.
- Alle opleidingen in de sector techniek gaan de nieuwe titulatuur voeren per 1 september 2015. Vanaf die datum geldt een nieuwe indeling voor de sector hbo-techniek.

Een overzicht van de opleidingen die de nieuwe titels mogen gaan toekennen, zal naar verwachting in januari 2014 bekend zijn.

© Nationale Onderwijsgids