De website van de Rijksoverheid biedt een overzicht van de nieuwe wetten en regels op de terreinen van het primair-, (voortgezet) speciaal-, voortgezet en beroepsonderwijs die per 1 augustus 2010 van kracht zijn gegaan.

Wet educatieve minor
Het wetsvoorstel maakt het studenten mogelijk om binnen hun universitaire vakbachelor een zogeheten educatieve minor te volgen. Als ze deze opleiding succesvol tot een einde hebben gebracht, krijgen ze de bevoegdheid om les te geven op vmbo-t en de eerste drie jaren van havo en vwo. Ze kunnen dan al aan de slag voor de klas nog voordat ze hun master hebben gehaald.

Wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen en daarmee samenhangend specifiek voor de BVE-sector het Examenbesluit mbo
Hierin staat beschreven wat leerlingen op verschillende momenten in hun schoolloopbaan op het gebied van taal en rekenen moeten kennen en kunnen. Daarmee wordt het referentiekader een leidraad voor scholen, docenten en onderwijsprogramma's in het primair, voortgezet, speciaal en middelbaar beroepsonderwijs en vormt het de basis voor doorlopende leerlijnen taal en rekenen. Het doel van de invoering van de referentieniveaus is het verbeteren van de taal- en rekenvaardigheden bij leerlingen.

Examenbesluit beroepsopleidingen WEB
Besluit referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen

Wet goed onderwijs en goed bestuur PO/VO
Deze wet geeft aan de ene kant de overheid de mogelijkheid op te treden wanneer de kwaliteit op een school ernstig of langdurig tekortschiet of wanneer sprake is van bestuurlijk wanbeheer. In de wet staan namelijk eisen voor de minimumkwaliteit waar iedere basis- en vo-school aan moet voldoen. Als een school hier niet aan voldoet heeft de minister van OCW - in het uiterste geval- de bevoegdheid om de overheidsbekostiging te beëindigen. In geval van bestuurlijk wanbeheer kan de minister van OCW - in een limitatief aantal gevallen - een aanwijzing geven. Met deze aanwijzing kan de minister van de school verlangen dat zij bepaalde maatregelen neemt.

Daarnaast stelt de wet ook eisen op het terrein van goed bestuur. Zo is de functiescheiding tussen bestuur en intern toezicht verplicht gesteld. En elke school is verplicht toe te lichten welke code voor goed bestuur zij gebruikt en hoe zij deze toepast in de praktijk. Met deze nieuwe wet kan de overheid slagvaardiger en doelgerichter optreden als er sprake is van slecht onderwijs of zwak bestuur.

Besluit minimum leerresultaten
Bij de wet Goed Onderwijs Goed Bestuur hoort ook een amvb minimum leerresultaten waarin is uitgewerkt hoe de meting en beoordeling van de leerresultaten uitwerkt.

Wijziging diverse besluiten i.v.m. verruiming, uitbestedings- en doorstroommogelijkheden van leerlingen (stapelen en doorstromen)
Door de aanpassingen in dit besluit verruimen de uitbestedingsmogelijkheden van vo-leerlingen aan het voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo). Daarnaast vereenvoudigen de aanvullende toelatingseisen bij de overstap van vmbo 3 naar havo 4 doordat er geen toestemming vanuit Inspectie van het Onderwijs nodig is. Ten slotte worden schoolboeken voor vo-leerlingen - die voor een of meer vakken uitbesteed worden aan het vavo - gratis.

Wijziging kerndoelenbesluiten in verband met de canon
Door dit besluit wordt een verwijzing naar de zogenaamde canon van Nederland, opgenomen in de kerndoelen voor het basis- en voortgezet onderwijs en wordt deze verwijzing naar de canon in de kerndoelen voor het speciaal onderwijs gewijzigd. De canon omvat historische en culturele onderwerpen die door scholen in het (geschiedenis)onderwijs gebruikt worden. Deze 50 zogenaamde vensters van de canon zijn terug te vinden op de website www.entoen.nu en worden periodiek vastgesteld door een onafhankelijke commissie.

Vaststelling Besluit gebruik persoonsgebonden nummer WPO/WEC (inclusief wijziging diverse besluiten)
De aan de minister geleverde en in het Basisregister onderwijs (BRON) opgeslagen gegevens vormen de basis voor de bekostiging van de scholen. Met dit besluit wordt voor het primair onderwijs geregeld dat de minister over deze gegevens kan beschikken. Voorts komt met dit besluit de procedure van de leerlingentelling, waarmee de school het geaggregeerd aantal leerlingen op de teldatum (1 oktober) verstrekt, te vervallen. Ook de procedure van aanvraag van groeibekostiging vervalt. De bekostiging wordt in het vervolg ambtshalve door de minister vastgesteld, op basis van de gegevens opgenomen in BRON.

Het besluit regelt verder een aantal wijzigingen in de voorschriften over de in- en uitschrijvingen van leerlingen, een aanpassing in de groeibekostiging voor het basisonderwijs en een aanpassing van de bekostigingsparameters voor de onder- en bovenbouw in het basisonderwijs.

Wet ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie
Vanaf 1 augustus 2010 zijn gemeenten verantwoordelijk om te zorgen voor voldoende aanbod van voorschoolse educatie dat kwalitatief aan de maat is. Gemeenten zijn verder verantwoordelijk om met betrokkenen te zorgen voor een sluitend systeem van werving en toeleiding naar voorschoolse educatie, het organiseren van een doorlopende leerlijn van voor- naar vroegschoolse educatie en het maken van afspraken over de resultaten van vroegschoolse educatie in de groepen 1 en 2. Verder krijgen gemeenten per 1 januari 2011 de verplichting dat de financiële bijdrage van ouders voor elk kind dat deelneemt aan voorschoolse educatie, niet hoger mag zijn dan de financiële ouderbijdrage bij maximale kinderopvangtoeslag. Voor peuterspeelzalen zijn er landelijke kwaliteitseisen gekomen.

Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie
Dit besluit is gebaseerd op de Wet Ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie. Het geeft de basisvoorwaarden waar de voorschoolse educatie aan moet voldoen. Op grond van wetenschappelijk onderzoek is vastgesteld dat deze eisen basisvoorwaarden zijn voor effectieve voorschoolse educatie. De eisen gaan bijvoorbeeld over de groepsgrootte, het minimum aantal dagdelen per week en het opleidingsniveau van de pedagogisch medewerkers. Op grond van de Wet Ontwikkelingskansen door kwaliteit en educatie wordt er waarschijnlijk in september 2010 nog een amvb gepubliceerd met de verdeelsleutel die met ingang van 1 januari 2011 voor het beschikbare budget voor gemeenten gaat gelden.