Gedrag pubers na coronatijd baart zorgen, veel ruzies en onverschilligheid

Bij jongeren heeft de coronacrisis niet alleen gezorgd voor achterstanden en mentale problemen, ook het gedrag van de pubers moet eens onder de loep worden genomen. De coronacrisis heeft belangrijke jaren voor jonge kinderen flink verstoord en dat merken de middelbare scholen nu. De scholen zetten dan ook in op cursussen sociale vaardigheden voor hun leerlingen. Dat meldt RTL Nieuws. 

 Na de coronacrisis is er veel aandacht geweest voor de leerachterstanden en de mentale problemen van kinderen en jongeren, maar volgens gedragspsycholoog Steven Pont is veel te weinig gekeken naar de achterstanden in sociale vaardigheden. In en voor de puberteit wordt een hoop geleerd via de lesstof van school, maar in die tijd worden ook juist de sociale vaardigheden getraind. En die vaardigheden zijn alleen te leren door met elkaar te zijn. 

Socialiseren 

De periode aan het begin van de middelbare schooltijd is die waarin kinderen kijken naar hun omgeving en gaan socialiseren. Dat hebben ze nu dankzij de coronacrisis gemist. Leerlingen zijn wel heel flexibel als het op kennis aankomt, maar het gedrag, de motivatie en het zelfstandig werken zijn een stuk lastiger.

Gedrag van jongeren 

Het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) kreeg ook na de coronacrisis signalen van scholen dat jongeren steeds vaker de grenzen opzoeken in de klas. Meer nog dan voor de coronacrisis. “Op school zien docenten een verandering in gedrag, bijvoorbeeld onverschilligheid, ruzies, maar ook verminderde mentale gezondheid”, aldus een woordvoerder. Er zijn nu nog geen concrete cijfers over het gedrag van jongeren, maar het NJi geeft aan dat contact met leeftijdsgenoten voor jongeren een belangrijk onderdeel van het opgroeien is. “Dat hebben ze in coronatijd echt gemist. Die gemiste contacten zijn niet meer ongedaan te maken.”

De problemen spelen niet bij alle jongeren even veel en ook de terugkeer naar structuur lijkt wel te helpen. Toch blijken de problemen, volgens het NJi, ingewikkelder te zijn dan gedacht. “We zien dat sommige kinderen echt meer een-op-een aandacht nodig hebben, bijvoorbeeld een hand op de schouder.”

Pedagogisch instituut 

Volgens gedragspsycholoog Pont mogen conflicten en grenzen er zijn, maar scholen zouden ook moeten kijken naar het opvoedkundige gedeelte. “Juist nu moeten scholen niet alleen een didactisch instituut zijn, maar ook een pedagogisch instituut.”

Door: Nationale Onderwijsgids / Femke van Arendonk