Normal_logo_college_voor_de_rechten_van_de_mens

Strookt ons huidige systeem van Passend onderwijs met het VN-verdrag voor de Rechten van Personen met een Handicap, dat Nederland vorig jaar heeft geratificeerd? Dat is in het kort de vraag waarover het College voor de Rechten van de Mens zich vrijdag 27 januari zal buigen. Het is de eerste keer dat het College gevraagd wordt een dergelijke zaak te toetsen aan het VN-verdrag, dat inclusief onderwijs als norm stelt. Dit meldt NSGK.

De zaak draait om Kubo, een jongen met downsyndroom die werd weggestuurd van zijn reguliere basisschool. Volgens de basisschool ontstonden in groep 6 problemen in de klas in de vorm van moeilijk gedrag. Omdat Kubo vanwege zijn verstandelijke beperking te veel afweek van andere leerlingen startte de school een verwijderingsprocedure die ook na diverse procedures van de ouders doorstart mocht vinden omdat scholen volgens de Wet passend onderwijs leerlingen mag doorsturen naar het speciaal onderwijs. Volgens de ouders kwam het gedrag van Kubo doordat de afgesproken ondersteuning in groep 6 niet werd gegeven en omdat de interactie tussen de leerkracht en de hele groep niet goed was. In groep 7 waren geen problemen. 
 
Het College wordt nu gevraagd of dit niet in strijd is met de Wet gelijke behandeling en met het Internationale Verdrag voor de Rechten van Personen met een Handicap (IVRPH) van de VN. Het College heeft eerder zaken behandeld waarin een leerling met een handicap werd geweigerd voor een opleiding of werd doorgestuurd naar speciaal onderwijs, maar nooit eerder gebeurde dat op basis van het nieuwe VN-verdrag. 
 
De ouders van Kubo krijgen juridische ondersteuning van In1school, een project van de Nederlandse Stichting voor het Gehandicapte Kind (NSGK). Uitspraak van het College volgt binnen 8 weken na de zitting. Aanvankelijk zou de zaak vrijdag 27 januari worden behandeld. Door ziekte van de behandelend jurist is de zitting echter tot nader orde uitgesteld.
 
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids