Normal_fusietoets

De Wet fusietoets brengt de voortgang van kwaliteit van goed onderwijs in gevaar en haalt bovendien in het primair onderwijs geen van de beoogde doelstellingen. Dat is de conclusie van het rapport van de evaluatiecommissie dat door minister Bussemaker en staatssecretaris Dekker van Onderwijs naar de Tweede Kamer is gestuurd, meldt de PO-raad. 

Op 1 oktober 2011 traden de Wet fusietoets in het onderwijs en de bijbehorende ministeriële regeling in werking. Hiermee hebben de ministers van Onderwijs en Economische Zaken een instrument gekregen om voornemens tot fusies te toetsen. De Wet fusietoets geldt voor alle fusies in het basisonderwijs, (voortgezet) speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs en volwasseneneducatie, en hoger onderwijs. Fusies worden beoordeeld door de aangestelde commissie fusietoets onderwijs (CFTO).

Het rapport van de evaluatiecommissie stelt dat de kwaliteit van het proces rondom fusies niet verbetert. De procedures zorgen alleen voor onzekerheid, vertraging en een toename van administratieve lasten en kosten. De regels gaan ten koste van middelen die anders aan het primaire proces hadden kunnen worden besteed.

De PO-Raad is al langer van mening dan de fusietoets in het primaire onderwijs geen zin heeft. Volgens de raad is de conclusie van het rapport dan ook helder. Zij vraagt aan de politiek om de Wet fusietoets per direct af te schaffen of te vervangen door een marginale toets. "Dit soort regelgeving is onwenselijk en brengt de kwaliteit van het onderwijs in gevaar. Het hanteren van de fusietoets is met een kanon schieten op een mug”, zegt voorzitter Rinda den Besten. “Ik ben blij dat dit nu ook door deze evaluatie is vastgesteld en ik verwacht dat de politiek hiernaar zal handelen.”

© Nationale Zorggids