Normal_4108

Uit de jaarrekeningen 2009 blijkt dat schoolbesturen interen op het eigen vermogen: de uitgaven zijn hoger dan de inkomsten. Op 1 augustus 2010 is bijna 170 miljoen aan bezuinigingen doorgevoerd. Dit doet vrezen dat de resultaten over afgelopen boekjaar dus nog verder de rode cijfers in zullen schieten, zo meldt de PO-Raad, de brancheorganisatie voor het primair onderwijs.

Met de bezuinigingen op Passend onderwijs in het verschiet, is er voor veel besturen geen andere uitweg dan fors te bezuinigen. Omdat de overhead in het primair onderwijs erg laag is, minder dan 2.7 procent, zullen deze bezuinigingen niet buiten de klas gehouden kunnen worden.

Tot 2007 gaven de besturen gezamenlijk minder geld uit dan dat zij ontvingen. In 2008 waren inkomsten en uitgaven ongeveer gelijk, alhoewel de rentebaten nodig waren om positief uit te komen. In 2009 blijken de baten lager te liggen dan de lasten: voor iedere € 100 die er binnen kwam werd € 101,20 uitgegeven.

Dit betekent dat de sector PO als geheel € 115 miljoen meer heeft ingezet voor het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs dan er in dit jaar binnen kwam. Deze investeringen zien we onder andere ook terug in een toename van de materiele vaste activa (meubilair, ICT, onderwijsleerpakket).

Met name de financiële baten (bijvoorbeeld rente-inkomsten) hebben het negatief resultaat terug gebracht tot ruim € 14 mln. Wanneer we het resultaat in meerjarig perspectief plaatsen blijkt dat, sinds het eerste jaar dat lumpsum is ingevoerd (kalenderjaar 2007), er 210 miljoen extra uitgegeven wordt en er geen geld meer ‘opgepot' wordt. Het beeld van een sector die op "het geld zit" is dus niet terecht.

Bij gelijkblijvende omstandigheden zou een tekort van 14 miljoen te overzien zijn geweest. Echter: in deze cijfers van 2009 zitten nog niet de bezuinigingen verwerkt zoals bezuinigingen op het budget van bestuur en management, de bezuiniging op de groeiregeling, de bevriezing van het budget speciaal onderwijs op het niveua 2008, het tekort in de materiele bekostiging, de pesonele lasten die harder stijgen dan de personele bekostiging, de ophanden zijnde bezuiniging op Passend Onderwijs, de bezuiniging op de onderwijsachterstanden, en ontwikkelingen als krimp en afnemende subsidies vanuit de lokale overheid.

Dit alles geeft te denken voor de kwaliteitsinvesteringen voor de nabije toekomst, aldus de PO-Raad.