De afgelopen weken kon je in het Smart XP lab op de Universiteit Twente kinderen van acht tot twaalf achter elkaar zien rennen, terwijl op de vloer cirkels en figuren werden geprojecteerd. De kinderen waren niet zomaar aan het spelen, want terwijl ze bezig waren hielpen ze de wetenschap vooruit.

Daniel Tetteroo ontwierp voor zijn afstudeeronderzoek voor de masteropleiding Human Media Interaction een 'digitale speeltuin'. In een afgeschermde ruimte kregen de kinderen een petje op waardoor een infraroodcamera hun positie kon volgen. Ondertussen werd op de vloer voor elk kind één cirkel geprojecteerd. Deze cirkels volgden de kinderen terwijl ze door de ruimte bewogen.

Ook werden op de grond verschillende figuren geprojecteerd - beestjes - die juist 'bang' waren voor de kinderen en die hen probeerden te ontvluchten. De kinderen konden deze beestjes vangen waarna ze aan hun cirkel bleven kleven. Hoe meer figuren de kinderen vingen hoe groter hun cirkel werd. Ook konden ze beestjes van elkaar afpakken.

De kinderen bepaalden zelf hun spel. Bij sommige groepen verzamelden de kinderen zoveel mogelijk beestjes, terwijl een andere groep gewoon tikkertje speelde waarbij degene met de grootste cirkel de tikker was.

Terwijl de kinderen aan het spelen waren bestudeerde Tetteroo hun gedrag. "Ik heb bewust een spel ontwikkeld zonder vaste regels, waardoor kinderen zelf aan de slag kunnen. Wat ik wilde onderzoeken is hoe je interactie tussen kinderen kunt creëren in een digitaal spel zonder door volwassenen verzonnen regels."