Een ruime meerderheid in de Eerste Kamer stemde vanmiddag in met het voorstel van staatssecretaris Klijnsma om de AOW-leeftijd versneld te verhogen. De AOW leeftijd gaat vanaf 2016 naar 66 jaar in 2018 en 67 jaar in 2021. Dit voorstel was al aangekondigd in het regeerakkoord. Dat meldt de Rijksoverheid.
Onder docenten komt steeds meer vergrijzing voor. Tegenwoordig is een kwart van de onderwijzers 55 jaar of ouder, slechts twee procent is jonger dan 25 jaar. In 2009 was dit nog zes procent. Het arbeidsmarktplatform maakt zich zorgen om een naderend lerarentekort. Dit tekort kan vanaf 2016 ontstaan, omdat dan grote groepen docenten met pensioen gaan. Hoe groot de het lerarentekort uiteindelijk zal zijn, vindt het arbeidsmarktplatform moeilijk in te schatten, zeker nu de verhoging van de AOW-leeftijd sneller ingevoerd wordt.
In maart kwam nog naar voren dat oppositiepartijen SP en PVV en de ChristenUnie tegen het kabinetsplan waren om de AOW-leeftijd sneller te verhogen vanaf 2016. Het voorstel voor het verhogen kwam van staatssecretaris Klijnsma. In het oorspronkelijke plan zou de AOW-leeftijd pas in 2023 op 67 jaar uitkomen.
De AOW-leeftijd wordt nu vanaf 2016 in stappen van drie maanden verhoogd en vanaf 2018 in stappen van vier maanden. Vanaf 2022 wordt de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. Een compleet overzicht van de verhoging van de AOW-leeftijd is te vinden op de website van de Rijksoverheid.
© Nationale Onderwijsgids