
In het schooljaar 2023/2024 volgden ongeveer dertigduizend Nederlandse kinderen onderwijs in Vlaanderen. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) over de grensregio’s. Het gaat om ruim zeventienduizend basisschoolleerlingen en bijna dertienduizend jongeren in het voortgezet onderwijs of middelbaar beroepsonderwijs. Dit meldt het CBS.
Het merendeel van deze leerlingen woont zelf ook in Vlaanderen. Vooral in het arrondissement Antwerpen is het aantal hoog: daar zitten ruim 4.500 Nederlandse kinderen op de basisschool en bijna 2.700 in het secundair onderwijs.
Verschillen tussen wonen en leren
Opvallend is dat Nederlandse leerlingen die in België naar school gaan maar in Nederland wonen, vaker kiezen voor voortgezet onderwijs of mbo dan voor het basisonderwijs. Dit speelt vooral in grensregio’s als Maaseik, grenzend aan Limburg. Daar volgen circa 1.360 Nederlandse jongeren secundair onderwijs, terwijl slechts 270 kinderen er op de basisschool zitten.
Belgische en Duitse leerlingen in Nederland
Het verkeer gaat beide kanten op. In hetzelfde schooljaar zaten zo’n 2.300 Belgische en 5.600 Duitse kinderen op een Nederlandse school. Hoewel dit slechts 0,3 procent van alle leerlingen in Nederland betreft, liggen de aantallen in de grensregio’s beduidend hoger. Zo is in Zeeuws-Vlaanderen ruim 2 procent van de basisschool- en middelbare scholieren Belgisch, terwijl in Zuid-Limburg ongeveer een half procent van de leerlingen uit Duitsland komt.
Door: Nationale Onderwijsgids / Fleur Zomer