Havo-leerlingen zijn de dupe van tweetalig onderwijs
In het tweetalig onderwijs (TTO) worden de eerste drie jaar de meeste vakken in het Engels aangeboden. Daarna wordt weer overgeschakeld op het Nederlands, ter voorbereiding op het eindexamen dat in het Nederlands wordt afgenomen. Het aantal middelbare scholen dat TTO aanbiedt groeit gestaag. Aanvankelijk alleen voor vwo-leerlingen, maar steeds vaker ook voor havo-leerlingen. Inmiddels zijn er ruim 130 TTO-scholen. Dat meldt de SvPO.
Bij TTO is een voor de hand liggend risico dat de verbetering van het Engels ten koste gaat van het begrip van andere vakken. Het niveau van Engels is in de onderbouw immers nog niet heel hoog, zeker niet van havo-leerlingen. Het minimale dat om bevestiging vraagt is dat de examenresultaten er niet onder lijden.
Nieuw onderzoek
Volgens Nuffic, de organisatie die de internationalisering van het onderwijs bevordert, zijn er “geen negatieve effecten van tweetalig onderwijs gerapporteerd”. Helaas blijkt dat om de verkeerde reden te kloppen: er is tot nu toe nauwelijks onderzoek naar gedaan, althans niet naar examenresultaten. Het enige onderzoek daarnaar dateert van 2000 en betrof 24 vwo-leerlingen die TTO hebben gevolgd. Die steekproef was niet alleen klein, maar ook selectief: de onderzochte leerlingen waren de best-in-class en hadden een torenhoge cito-score. De uitkomsten waren niet van toepassing op de gemiddelde vwo-leerling en al helemaal niet op havo-leerlingen. De auteurs stelden dat nader onderzoek nodig is. Dat is er nooit van gekomen. Een nieuw onderzoek onder ruim duizend eindexamenkandidaten biedt nu alsnog inzicht.
Vwo-leerlingen
Het goede nieuws is dat voor vwo-leerlingen het resultaat positief is. Vwo-leerlingen die TTO volgden, haalden voor hun centraal schriftelijk examen Engels een cijfer dat 0,65 punt hoger is dan dat van leerlingen die een regulier programma volgden. Dit ging niet ten koste van de cijfers voor de andere vakken.
Havo-leerlingen
Het slechte nieuws is dat dit voor havo-leerlingen anders ligt. Zij halen geen beter resultaat voor Engels, terwijl hun cijfers voor andere vakken gemiddeld 0,2 punt lager zijn. Dit is een significant verschil en verlaagt hun slagingskans.
De oorzaken voor het verschil tussen havo en vwo zijn niet onderzocht, maar twee verklaringen dringen zich op. Havo-leerlingen hebben lagere cito-scores en minder schoolse vaardigheden dan vwo-leerlingen. Als zij vakken in het Engels moeten volgen, bemoeilijkt dat hun begrip van de lesstof. Daar komt bij dat havo-leerlingen minder tijd hebben om zich te herstellen. Na drie jaar TTO in de onderbouw moeten zij in slechts twee jaar weer overschakelen naar het Nederlands voor hun eindexamens. Vwo-leerlingen, die al een betere basis hebben, hebben daar een jaar extra de tijd voor.
Fastlane English
In het nieuwe onderzoek is behalve naar de effecten op het eindexamen van TTO, ook gekeken naar die van Fastlane English, een programma waarbij leerlingen wekelijks een extra uur Engels krijgen en zich voorbereiden op een Cambridge-certificaat. Dat programma blijkt voor havo-leerlingen effectiever. Hun cijfer voor het schriftelijk eindexamen Engels ligt gemiddeld 0,31 punt hoger dan van leerlingen die een regulier programma volgen – zonder negatieve gevolgen voor andere vakken. Fastlane is ook nog veel goedkoper. De extra ouderbijdrage is gemiddeld zeventig euro per jaar. Voor TTO is dat ruim vijf maal zoveel.