Startende docenten komen moeilijk aan werk
Van de pas afgestudeerde leerkrachten heeft 17 procent nog geen baan. Ondanks het feit dat 74 procent wel een baan in het onderwijs heeft, krijgt een steeds groter deel hiervan te maken met tijdelijke contracten (83 procent) of vervullen zij lagere functies dan waarvoor ze hebben gestudeerd (3 procent). Als redenen voor de werkloosheid worden onder andere de krimp in het basisonderwijs, bezuinigingen in het voortgezet onderwijs en saneringen in het mbo gegeven.
Van de groep werkenden geeft 68 procent aan het moeilijk te vinden een baan te krijgen. Daarnaast zou 40 procent graag meer werken dan zij nu doen. Ook is er een stijging te zien in het aantal leraren dat jobhopt. Een kwart heeft bijvoorbeeld als invalleerkracht al op drie of meer scholen gewerkt sinds het begin van het huidige schooljaar.
Om de werkloosheid onder deze groep tegen te gaan, willen minister Jet Bussemaker (PvdA) en staatssecretaris Sander Dekker (VVD) van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap jonge docenten overhalen om naar de Randstad te verhuizen. Daar zou namelijk nog voldoende werk zijn, terwijl vanwege de krimp in de grensgebieden de werkgelegenheid daar almaar daalt. Ondanks de mogelijkheid van subsidiëring van deze verhuizing door de overheid, ziet een groot deel van de groep starters dit echter niet zitten.
© Nationale Onderwijsgids / Ype van Woersem
