18 maart 2025 om 15:16
< 1 min lezen
Soepeler taalbeleid voor onderwijsinstellingen in grensregio’s
In zijn reactie op Kamervragen somt Bruins veertien instellingen op, waaronder universiteiten in Nijmegen, Enschede en Maastricht, en hogescholen zoals Fontys, Saxion, Zuyd en Windesheim. Sommige hebben slechts kleine vestigingen in de grensregio, maar vallen toch binnen de regeling.
De regering wil het Engelstalig onderwijs terugdringen, waardoor veel opleidingen zich moeten verantwoorden via een ‘toets anderstalig onderwijs’. Alleen als ze aantonen dat Engelstalig onderwijs essentieel is voor de regio of de arbeidsmarkt, mogen ze ermee doorgaan.
Geen automatische vrijstelling
Voor grensregio’s geldt dat de toetsing iets soepeler zal zijn, maar er is nog veel onduidelijkheid. Bruins benadrukt dat het geen automatische vrijstelling betekent: instellingen moeten bewijzen dat ze sterk verweven zijn met de regio en een grote bijdrage leveren aan de arbeidsmarkt.
Onzekerheid voor krimpregio’s
Ook instellingen in krimpregio’s zitten met een probleem. Minder internationale studenten betekent mogelijk minder instroom en een risico op het verdwijnen van kleine opleidingen. Hoewel het vorige kabinet 90 miljoen euro beschikbaar stelde om het hbo in deze gebieden te ondersteunen, is nog niet duidelijk hoe dit zich vertaalt naar het nieuwe beleid.
De minister werkt momenteel aan de precieze invulling van het begrip ‘nabijheid’ voor instellingen die net buiten krimpregio’s liggen. Tot die tijd blijft het voor universiteiten en hogescholen afwachten hoe streng de regelgeving zal worden toegepast.