Logo_vergrootglas__inspectie__toezicht__controle

De Inspectie Justitie en Veiligheid onderzoekt hoe betrokken organisaties hebben gehandeld nadat de 16-jarige Humeyra Ergincanli diverse aangiften had gedaan tegen Bekir E. wegens stalking en bedreiging. Humeyra werd op 18 december van het vorig jaar om het leven gebracht op haar school in Rotterdam. Vandaag heeft de Inspectie het plan van aanpak voor dit onderzoek gepubliceerd. Dit meldt de inspectie.

De leerlinge in het vierde jaar van de vmbo-school, liep in de Essenburgstraat toen de verdachte en ex-vriend Bekir E. uit een auto stapte en op haar af liep. Het meisje rende weg, maar werd neergeschoten in de fietsenstalling van de school.
 
E. had een contactverbod en stond onder toezicht van de reclassering sinds zijn veroordeling in augustus. De rechtbank legde hem toen zes weken cel op, waarvan de helft voorwaardelijk, vanwege geweld tegen Humeyra en doodsbedreigingen tegen haar en haar zus. Dat gebeurde toen het meisje de relatie had verbroken.
 
De Inspectie brengt met dit onderzoek in kaart hoe de betrokken organisaties hebben gehandeld na de aangiften door Humeyra Ergincanli van bedreiging en stalking door Bekir E. Daarbij onderzoekt de Inspectie wat deze organisaties hebben gedaan om het slachtoffer te beschermen en de rechtsorde te handhaven.
 
Het onderzoek richt zich in elk geval op de politie en op Reclassering Nederland. Afhankelijk van hun rol in deze casus betrekt de Inspectie ook het handelen van instanties als het Openbaar Ministerie (OM), Slachtofferhulp Nederland, Veilig Thuis en het Veiligheidshuis in het onderzoek.
 
Dit onderzoek is gericht op lessen die de organisaties kunnen leren uit de gevolgde aanpak, zowel ten aanzien van het slachtoffer als ten aanzien van de verdachte.
 
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids