Normal_voorlezen__kinderboek__lezen

Ministers Van Engelshoven en Slob roepen op tot een leesoffensief. De leesmotivatie en –plezier van leerlingen daalt en dat heeft invloed op de leesvaardigheid. Die trend willen de ministers van onderwijs keren met een offensief, als aanvulling op andere bestaande manieren om lezen te stimuleren. Het doel van het offensief is voorlezen en lezen onder jongeren stimuleren. Dit meldt Rijksoverheid.

Vaste onderdelen in verbeterde curriculum

Het offensief bestaat uit meerdere acties, gebaseerd op een advies van Raad voor Cultuur en de Onderwijsraad. Leesplezier en –motivatie worden vaste onderdelen van het verbeterde curriculum. Op deze manier kan modern en eigentijds onderwijs helpen om het leesplezier en –motivatie op de lange termijn te verbeteren. Op korte termijn komt er een publicatie aan alle scholen over wat werkt om het leesonderwijs te verbeteren. 
 

Leesplezier

Ook gaan de ministers samen met onderwijs- en leesorganisaties in gesprek hoe het leesplezier vergroot kan worden. Hierbij zal extra aandacht zijn voor groepen die nu achterlopen, zoals vmbo’ers, jongens en leerlingen die meertalig zijn opgevoed. Bibliotheken krijgen een belangrijke rol in de aanpak. Bovendien roepen de ministers ouders en grootouders op hun kinderen of kleinkinderen regelmatig voor te lezen.
  

Dalende leesvaardigheid niet nieuw

Het is niet nieuw dat de leesvaardigheid en het leesplezier onder leerlingen daalt. Er wordt op verschillende andere manieren lezen gestimuleerd. Zo krijgen ouders bij de geboorte van hun kind een jeugdlidmaatschap voor de bibliotheek. Op scholen zorgt Bibliotheek op School ervoor dat kinderen gemakkelijk boeken kunnen lenen. Daarnaast zijn er afspraken gemaakt waardoor er in de komende jaren veel meer jeugdboeken beschikbaar komen bij de e-bibliotheek. Ook werd eerder bekend dat er extra geld komt voor onder andere lesprogramma’s over taal op basisscholen.
 

Kleinkinderen voorlezen

Minister Slob: “Lezen leer je door te doen. Door zelf te lezen en door voorgelezen te worden. Ik lees bijvoorbeeld graag mijn kleinkinderen voor. Ik geniet van zo’n moment. We gaan met deze aanpak lezen stimuleren. Tegelijkertijd roep ik ouders en grootouders op hun kinderen en kleinkinderen voor te lezen.”
 
Door: Nationale Onderwijsgids