Normal_college__studenten__studeren__collegezaal

Wageningen en Groningen zijn de gemeenten met het hoogste percentage studentenhuishoudens. In 2015 maakten landelijk 257 duizend personen deel uit van studentenhuishoudens, oftewel 1,6 procent van de particuliere bevolking. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers.

In Wageningen en Groningen was het deel studentenhuishoudens in de bevolking het grootst met respectievelijk 25 en 22 procent. Ook in Delft (19 procent), Terschelling (16 procent), Nijmegen en Leiden (met elk 15 procent) waren relatief veel studentenhuishoudens. Op Terschelling is een hbo-vestiging van de Maritieme Academie Holland gevestigd. In totaal waren er in 2015 9 gemeenten waar studentenhuishoudens 10 procent of meer van de bevolking uitmaken. Amsterdam (met 28 duizend studentenhuishoudens), Groningen (25 duizend), Utrecht (23 duizend), Rotterdam (15 duizend), Nijmegen (14 duizend), en Delft (10 duizend) waren samen goed voor de helft van alle studentenhuishoudens in Nederland.
 
Onder de gemeenten die in 2015 ten minste duizend bewoners telden in studentenhuishoudens is het aandeel van vrouwen het laagst in de technische universiteitssteden Delft (30 procent is vrouw), Eindhoven en Enschede (met elk bijna 40 procent vrouwen). In de andere studentensteden is het aandeel de helft of meer. Naar verhouding zijn de meeste vrouwen die zelfstandig als student wonen te vinden in Ede (62 procent van de studentenhuisbewoners is vrouw), Maastricht (61 procent), Leiden (60 procent), Nijmegen (60 procent), en Utrecht (59 procent). Nederland telde in 2015 in totaal 136,4 duizend vrouwen in studentenhuishoudens, 53,1 procent van de uithuizige scholieren en studenten.
 
Van de gemeenten met ten minste duizend studenten was in Wageningen de groei van zelfstandig wonende studenten voor de periode 2011-2015 naar verhouding het grootst. Het aantal op zichzelf wonende studenten nam daar met 33 procent toe. Mede door deze toename nam Wageningen de koppositie van Groningen over als gaat om het percentage studentenhuishoudens. Daarna volgen Delft (27 procent), Leiden (27 procent), Amstelveen (22 procent), en Nijmegen (20 procent). Krimp trad op in Deventer (16 procent daling), Haarlem (min 13 procent), en Zeist (min 2 procent).
 
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids