Normal_geld_rekenmachine_belasting

Basisschoolleraren worden nog steeds onderbetaald. Uit cijfers van Duo blijkt dat zo’n 18.000 leerkrachten onterecht in de laagste salarisschaal (LA) zitten. Afspraken hierover tussen overheid en schoolbesturen zijn bij lange na niet gehaald. Dit meldt de Telegraaf.

Tien jaar geleden werd al geconstateerd dat te veel leraren het laagste loon krijgen vanuit salarisschaal LA. De overheid sprak toen met vakbonden en schoolbesturen af dat in 2014 minstens veertig procent van alle basisschoolleraren in een hogere schaal zou zijn ondergebracht om zo meer groeimogelijkheden en professionaliteit in het basisonderwijs te creëren. Hiervoor heeft de overheid miljoenen euro’s beschikbaar gesteld.
 
Volgens de laatste cijfers van DUO, waarover De Telegraaf beschikt, is dit streven echter nooit gehaald. Vorig jaar is de teller blijven steken op een schamele 26,7 procent. Een jaar eerder was dat 26 procent. De vraag rijst dan ook wat er met het overheidsgeld is gebeurd.
 
In het basisonderwijs bestaan in principe drie salarisschalen: LA, LB en LC. Reguliere leerkrachten starten in schaal LA. Leerkrachten in het reguliere basisonderwijs kunnen doorstromen naar schaal LB wanneer zij zich specialiseren, bijvoorbeeld als taal- of rekencoördinator, begeleider van hoogbegaafde leerlingen of mentor. De school bepaalt welke opleidingen in aanmerking komen voor een LB-schaal. In 2006 werd 98,7 procent van de basisschoolleraren beloond in schaal LA, en 1,2 procent in schaal LB. 
 
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids