Netwerkbijeenkomsten voor beginnend docenten op Windesheim

“Het docentschap moet je leren en dat kost tijd”, zegt Van Lier. “Nieuwe docenten hebben ondersteuning nodig om te kunnen leren. Een goede inductie is van wezenlijk belang. In de praktijk merk je dat het er door de waan van de dag binnen de school niet altijd van komt.”

Zwarteveen vindt dat beginnend docenten een ‘zachte landing’ nodig hebben en dat hun geloof in het eigen kunnen moet worden versterkt. Volgens Wassens is het bovendien van belang dat de deelnemers aan het traject ‘over de eigen school heen’ met elkaar kunnen sparren. Door succeservaringen met collega’s te delen, kunnen ze hun handelingsrepertoire vergroten. Dit geeft hen meer kans van slagen in hun beroep.

Het traject bestaat uit tien bijeenkomsten en is bedoeld voor startende leraren in het voortgezet onderwijs met minder dan twee jaar leservaring. Of de docenten wel of niet bevoegd zijn maakt niet uit. “We beginnen de bijeenkomsten met intervisie”, geeft Wassens aan. “We bespreken wat iedereen heeft meegemaakt. Daarnaast staat ook een stuk theorie op het programma. We gaan onder andere aan de slag met de vijf rollen van de leraar, didactiek, reflectie en klassenmanagement.”

© Nationale Onderwijsgids / Martijn van Noppen