Politiek Den Haag niet blij met permanent onlineonderwijs in het mbo

In politiek Den Haag valt het nieuws dat meerdere mbo-instellingen hebben besloten een deel van hun onderwijs voortaan online te geven erg slecht. "Er bestaat geen les of lesstof die net zo goed of beter online gegeven kan worden. Goed onderwijs vraagt nabijheid, in de ogen kijken, die opgetrokken wenkbrauw, die vragende blik zien, voelen hoe het met een student gaat, communicatie, contact." Zo reageerde Tweede Kamerlid voor D66 en onderwijsspecialist Paul van Meenen op het bericht in de Volkskrant. Regeringspartij D66 was in juli mede-indiener van een motie om fysiek onderwijs als norm te blijven hanteren.

De motie werd ingediend door de SP en verder de Partij voor de Dieren en Volt en aangenomen met 96 stemmen. De motie verwees naar onderzoek waaruit bleek dat studenten vaak ontevreden zijn over de kwaliteit van onlineonderwijs. Daar moet alleen bij "dwingende omstandigheden" en bij "hoge uitzondering" naar worden gegrepen, vindt de Kamer.
 

Uitgangspunt is fysiek onderwijs

Het uitgangspunt is het geven van fysiek onderwijs, erkent ook het ministerie van Onderwijs maandag. "En dat vooral omdat we duidelijk hebben gezien dat het niet gezond is voor jonge mensen om te veel achter een scherm te zitten. Dat doet wat met je. Daarom is het onderwijs vanaf vandaag ook weer fysiek van start gegaan!" Het departement zegt de ontwikkelingen nauw te volgen en is "continu" in gesprek met de sector.
 

Niet genoeg

Dat laatste is niet genoeg, zegt Peter Kwint van de SP, die het initiatief nam voor genoemde motie. Hij gaat vragen indienen over wat de minister gaat doen om voor elkaar te krijgen dat fysiek onderwijs echt weer de norm is. Kwint zegt er begrip voor te hebben dat er nog een "halve overgangsperiode" is. En dat studenten met een beperking of uit risicogroepen de mogelijkheid hebben om zélf te kiezen voor onlineonderwijs vindt hij "alleen maar goed." Maar de minister moet aan de slag om te voorkomen dat onlineonderwijs algemeen wordt, stelt hij tegenover het ANP.
 

Onderwijsinspectie

De Inspectie van het Onderwijs laat weten dat het aan opleidingen zelf is om te bepalen wat de beste manier is van onderwijs geven. "Als inspectie beoordelen wij de kwaliteit van het onderwijs en de sociale veiligheid op een opleiding", aldus een woordvoerder. "Dat doen we als er klachten komen, of tijdens een reguliere inspectie." Online lesgeven schaadt niet per definitie de kwaliteit van het onderwijs, stelt hij. "In de wet staat niet vastgelegd hoeveel fysiek onderwijs je minimaal moet aanbieden. Dat is per context verschillend."
 
Door: ANP