7 juli 2015 om 17:06
< 1 min lezen
Nederlands taalonderwijs in het mbo in kaart gebracht
Het ROC Zadkine, het Expertisecentrum Nederlands en het Centraal Planbureau (CPB) hebben een meerjarig onderzoek naar de taalontwikkeling van eerstejaars mbo-studenten gedaan. Het taalexperiment mbo focuste zich op het niveau van lezen en schrijven van de mbo-studenten. Dit meldt het Centraal Planbureau (CPB).
Uit het onderzoek, dat in 2011 is begonnen, blijkt dat het taalniveau van de eerstejaars mbo-studenten zich in één jaar tijd nauwelijks ontwikkelt.
De onderzoekers vonden daarnaast geen bewijzen dat extra taallessen effectief zijn. Dat er geen effecten zijn gevonden, betekent volgens de onderzoekers echter nog niet gelijk dat het geven van extra taallessen niet nuttig is. Het lijkt er volgens de onderzoekers op dat de taallessen niet aangeslagen zijn bij de mbo-studenten, maar het zou ook kunnen dat bijvoorbeeld de bevoegdheid van de docent, een lage motivatie voor het vak Nederlands en het niet meetellen van lees- en schrijftoetsen voor de studievoortgang een rol spelen. Eén derde van de docenten die de taallessen verzorgden had geen directe eerste- of tweedegraadsbevoegdheid voor het vak Nederlands. Het kan daarnaast ook zijn dat het aantal extra taallessen die de mbo-studenten gekregen hebben, niet genoeg waren om effect te hebben.
Het ROC Zadkine, Het Expertisecentrum Nederlands en het Centraal Planbureau (CPB) concluderen daarnaast dat het doen van experimenteel onderzoek binnen het mbo complex is.
© Nationale Onderwijsgids
