Minister tikt mbo-scholen op de vingers: te weinig vooruitgang in werkagenda
De voortgang van de Werkagenda mbo blijft achter. Volgens de minister van Onderwijs leiden mbo-scholen nog altijd onvoldoende studenten op voor sectoren waar de arbeidsmarkt grote tekorten kent. Ook kiezen veel studenten opleidingen met beperkte baankansen, blijkt uit een recente voortgangsbrief. Dit meldt MBO-Today.
De minister maakt zich zorgen over de aansluiting tussen opleidingen en de arbeidsmarkt. In sectoren als de bouw en de zorg lopen de personeelstekorten verder op. In 2023 werden afspraken gemaakt om die kloof te verkleinen en studenten beter perspectief te bieden, maar ruim twee jaar later ziet de minister weinig verbetering.
Tekortsectoren blijven achter
Scholen zijn er volgens de minister niet in geslaagd om met werkgevers afspraken te maken over het opleiden van meer studenten voor maatschappelijke sleutelopgaven. De instroom in tekortsectoren is zelfs gedaald. De minister benadrukt dat zonder ingrijpen de samenleving vastloopt en dat onderwijsinstellingen samen met regionale werkgevers moeten toewerken naar een aanbod dat beter aansluit op de vraag.
Mbo kan het niet alleen, maar wel meer bijdragen
Hoewel de minister erkent dat de tekorten niet uitsluitend door het mbo kunnen worden opgelost, verwacht hij wel dat scholen een grotere rol spelen in het versterken van de arbeidsmarkt. Dat vraagt volgens hem om duidelijke keuzes in het opleidingsaanbod.
Stagebegeleiding onder de maat
Ook de kwaliteit van stages baart zorgen. Veel instellingen halen de afspraak van minimaal drie contactmomenten tussen school, student en leerbedrijf niet. De minister noemt dit problematisch, omdat het vragen oproept over de kwaliteit van de begeleiding. Hij verwacht dat alle opleidingen deze norm structureel gaan toepassen.
In het eerste kwartaal van 2026 wil de minister met de partners uit het stagepact nieuwe afspraken maken om de uitvoering van deze principes breed te borgen.