Kinderopvang krijgt langer de tijd om beroepskracht in opleiding in te zetten

Kinderopvangorganisaties krijgen langer de ruimte om meer beroepskrachten in opleiding formatief in te zetten. Wel wil minister Van Gennip hier een nieuwe voorwaarde aan verbinden, zodat beroepskrachten in opleiding niet te snel teveel verantwoordelijkheid krijgen. Daarom moet er een begeleidingsplan komen waar de beroepskracht in opleiding, de praktijkbegeleider en de opleidingsbegeleider schriftelijk mee hebben ingestemd. Dat meldt het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Hiervoor is een wijziging van de Regeling Wet kinderopvang nodig. Daarom start de minister een internetconsultatie. Geïnteresseerden kunnen tot en met 18 maart 2024 reageren.

Personeelstekorten en hoge werkdruk in de kinderopvang 

Sinds 1 januari 2022 kunnen er tijdelijk meer beroepskrachten in opleiding formatief op een kindercentrum worden ingezet. Die mogelijkheid is verruimd van 33 procent naar 50 procent van de formatie op een kindercentrum. Deze maatregel is genomen vanwege de personeelstekorten en hoge werkdruk in de kinderopvang. Door deze maatregel zijn er meer mogelijkheden om de personeelsplanning rond te krijgen. Minister van Gennip wil deze maatregel verlengen tot 1 juli 2026.

Beroepskracht in opleiding 

Het is belangrijk dat er zorgvuldig gekeken wordt of de beroepskracht in opleiding het aan kan om formatief op een groep te staan. Daarom introduceert de minister een nieuwe voorwaarde bij de formatieve inzet van beroepskrachten in opleiding. Die houdt in dat er een begeleidingsplan voor de beroepskracht in opleiding moet zijn. Zowel de beroepskracht in opleiding, zijn of haar praktijkbegeleider en zijn of haar opleidingsbegeleider moeten hier schriftelijk mee hebben ingestemd.

De conceptwijziging van de Regeling Wet kinderopvang staat nu online voor openbare internetconsultatie. Iedereen die dat wil, kan reageren via deze website.

Door: Nationale Onderwijsgids