Meer dan de helft (65 procent) van de kinderopvanglocaties in Nederland blijkt een uurtarief te hanteren dat boven de maximum uurprijs ligt die de overheid heeft vastgesteld. Dat maakte Kassa bekend in de uitzending van 13 februari. Samen met belangenvereniging BOinK onderzocht Kassa de tarieven van 130 locaties van zowel buitenschoolse opvang als kinderdagverblijven en vergeleek deze met het maximale uurtarief dat de overheid teruggeeft via de kinderopvangtoeslag. Dat melden BOinK en Kinderopvangtotaal.
De overheid heeft het maximale uurtarief van de buitenschoolse opvang vastgelegd op 6,38 euro. Uit het onderzoek blijkt dat 91 procent van de onderzochte opvang boven dit tarief zit. Hierbij gaat het om 30 procent wat er met 0,50 eurocent boven zit, 39 procent hanteert een prijs tussen de 0,50 en 1 euro meer en 23 procent vraagt meer dan een euro bovenop de maximum uurprijs. Bij de kinderdagverblijven ligt het percentage dat hogere prijzen hanteert lager, namelijk 72 procent. Hiervan vraagt 52 procent minder dan 0,50 euro meer, 16 procent vraagt tussen de 0,50 eurocent en 1 euro meer en 4 procent zit meer dan een euro boven het maximale uurtarief.
Gjalt Jellesma, voorzitter van BOinK, stelt dat de kosten die de kinderopvang maakt steeds minder gelijk zijn gaan lopen met de maximale uurprijs die de overheid hanteert. Oorzaak hiervan zou zijn dat er steeds minder kinderen naar de opvang gaan. Voor twee kinderen minder, moeten nog steeds hetzelfde aantal pm'ers betaald worden, legt Jellesma uit. Daardoor maken de opvangcentra meer kosten. Volgens de Brancheorganisatie Kinderopvang heeft de overheid de uurprijzen de afgelopen jaren niet consequent geïndexeerd. Hierdoor is de maximale uurprijs achtergebleven bij de werkelijke kostprijs. Dit heeft ertoe geleid dat het merendeel van het opvangaanbod niet meer bekostigd kon worden door het toeslagtarief.
De gehele uitzending van Kassa is hier te bekijken.
© Nationale Onderwijsgids
