Vreemdetalenonderwijs voor verbetering vatbaar
ARNHEM - Nederlandse scholieren zijn goed in Duits en Engels, maar het kan beter. Dat blijkt uit het European Survey on Language Competences, een internationaal onderzoek naar de vaardigheid van leerlingen in vreemde talen in zestien Europese landen en taalgemeenschappen. Voor Nederland voerde Cito (Instituut voor Toetsontwikkeling) het onderzoek uit.
In vergelijking met andere Europese landen blijft Nederland achter met het gebruik van een vreemde taal tijdens de lessen. In Nederland wordt bijvoorbeeld veel minder Engels gesproken tijdens de lessen Engels dan in andere landen.
Er bestaat een positieve relatie tussen de frequentie van het gebruik van de vreemde taal tijdens de les en de scores van leerlingen voor de vaardigheden (luisteren, lezen en schrijven) in beide talen (Engels en Duits). Meer gebruik van de doeltaal in het vreemdetalenonderwijs in Nederland is dus het overwegen waard.
Het onderzoek wijst uit dat Nederland het hoogste percentage leraren heeft dat gespecialiseerd is in de vreemde taal waarin hij lesgeeft (73% van de leraren Duits geeft alleen Duits). Ook wordt duidelijk dat het vreemdetalenonderwijs in Nederland relatief laat start. De meeste leerlingen krijgen Engels vanaf groep 7. In het leeuwendeel van de landen start het vreemdetalenonderwijs eerder.
Via Nieuwsbank.nl
© Nationale Onderwijsgids / Richard Heeres
