AMSTERDAM - Voorzitter Walter Dresscher van de Algemene Onderwijsbond (AOb) vreest voor de zelfstandigheid van de onderwijsvakbond bij de voorgenomen reorganisatie van de vakcentrale FNV. In de huidige plannen zou de AOb volgens Dresscher minder zeggenschap krijgen over de eigen koers.
De AOb floreert in tegenstelling tot andere vakbonden en is financieel kerngezond. Binnen de vakbond is veel expertise gebundeld met betrekking tot het onderwijs en kwesties die uniek zijn voor de beroepsgroep.
Dresscher pleit in een brief aan de leden van de grootste onderwijsvakbond van Nederland voor meer autonomie voor de AOb dan het momenteel toebedeeld krijgt in de plannen voor een nieuwe vakcentrale. De AOb zal daarom een negatief advies geven aan de Algemene Ledenvergadering van de bond als er gestemd moet worden over FNV in beweging, het voorstel voor een nieuwe organisatie van de Federatie Nederlandse Vakverenigingen.
In de huidige plannen wordt teveel geprobeerd één brede vakbeweging te creëren. Alhoewel de AOb erkent dat er veel overkoepelende kwesties zijn die alle beroepsgroepen treffen, vindt Dresscher dat er ook onderwerpen zijn die alleen het onderwijs raken en daarom een specialistische benadering vergen.
Een ledenparlement zal binnen de nieuwe organisatie beslissingen kunnen nemen voor alle bonden en sectoren. Binnen dat parlement van honderd zetels zal de AOb acht afgevaardigden krijgen.
'Zoals de AOb niet oordeelt over wat bijvoorbeeld FNV-Bouw moet doen voor bouwvakkers op de steiger, willen wij niet dat anderen oordelen wat een goed vakbondsbeleid is voor onderwijspersoneel in een school. Er is niet één blauwdruk van goed vakbondswerk', zo schrijft de AOb-voorzitter in zijn brief aan de leden.
© Nationale Onderwijsgids / Arend Jan Wonink
